Excellentieprogramma PXL-Education : leraren met excellente X-factor
Hanne Luts PXL-Education diepgang , specialisatie , initiatiefname ) aan de slag gaan met deze competenties .
Om te bepalen welke competenties belangrijk waren , toetsten we dit af bij het ontwerpteam binnen het departement en deden we een bevraging bij het werkveld . Het werkveld gaf enkele belangrijke noden aan , waar we de clusters ‘ klasmanagement ’ en ‘ zorg ’ uit destilleerden .
Naast het bepalen van generieke competenties waaraan de excellente student moet voldoen , bieden we in de formulering van deze competenties voldoende ruimte voor de student om zijn eigen invulling eraan te geven afhankelijk van de eigen noden of de invulling van het eigen programma .
Hogeschoolbreed werden ook enkele principes vastgelegd waaraan de opleidingsspecifieke programma ’ s moeten voldoen .
Door de combinatie van een selectie van opleidingsspecifieke leerresultaten met beroepsattitudes en specifieke doelstellingen komen we tot onderstaande competenties :
Opleidingsspecifieke leerresultaten De student :
• ontwerpt krachtige en stimulerende leeromgevingen . Hij differentieert door middel van passende werkvormen , digitale tools en evaluatiemethodieken ter ondersteuning van het leer-en ontwikkelingsproces . Hij concretiseert het zorg- en gelijke kansenbeleid van de onderwijsinstelling , met aandacht voor diversiteit en taalsensibilisering .
• creëert vanuit een empathische en coachende grondhouding een positief leer- en leefklimaat . Hij gaat gepast om met diversiteit . Hij herkent noden op vlak van de lichamelijke en geestelijke gezondheid van de lerenden en speelt er gepast op in . Hij begeleidt attitudevorming en bereidt de lerenden voor op maatschappelijke participatie en het functioneren op de arbeidsmarkt . Hij coacht leerlingen in hun studie- en beroepskeuzeproces .
• beheerst , actualiseert , verbreedt en verdiept zijn domeinspecifieke , vakinhoudelijke en vakdidactische expertise vanuit zijn passie voor het vak . Hij vertaalt deze inhouden gestructureerd en praktijkgericht naar de leerlingen en gebruikt een correcte , gepaste en uitdagende taal die de lerenden tot verdere ( taal ) ontwikkeling stimuleert . Hij begeleidt lerenden in hun onderwijsloopbaan vanuit zijn eigen vakexpertise .
• creëert een stimulerende , werkbare en veilige leef- , werk- of leerruimte . Hij gaat correct om met administratieve taken en afspraken en stemt hierover af met collega ’ s en de school .
• blijft de kwaliteit van zijn onderwijs ontwikkelen . Hij reflecteert systematisch en kritisch over zijn eigen functioneren , zijn klasen schoolpraktijk . Hij integreert inzichten van ( praktijkgericht ) wetenschappelijk onderzoek in zijn praktijk , voert praktijkgericht onderzoek in de eigen context uit en stuurt – in samenspraak met het schoolteam – de praktijk bij in functie van persoonlijke en professionele groei en profilering .
• informeert zich over en denkt kritisch en met een open geest na over actuele maatschappelijke thema ’ s en ontwikkelingen . Dit doet hij vanuit zijn rol als leraar .
Beroepsattitudes De student :
• durft een standpunt in te nemen of tot een handeling over te gaan , en er ook de verantwoordelijkheid voor dragen . ( beslissingsvermogen )
• toont in contacten met anderen kenmerken van echtheid , aanvaarding , empathie en respect . ( relationele gerichtheid )
• is bereid zichzelf en zijn omgeving ter discussie te stellen , de waarde van een bewering of een feit , de wenselijkheid en haalbaarheid van een vooropgesteld doel te verifiëren , alvorens een stelling in te nemen . ( kritische ingesteldheid )
• zoekt actief naar situaties om zijn competentie te verbreden en te verdiepen . ( leergierigheid )
• is er op gericht de taken zo te plannen , te coördineren en te delegeren , dat het beoogde doel op een efficiënte manier bereikt kan worden . ( organisatievermogen )
• is bereid om gemeenschappelijk aan eenzelfde taak te werken . ( zin voor samenwerking )
• voelt zich verantwoordelijk voor de school als geheel en het engagement aangaan om een positieve ontwikkeling van het kind te bevorderen . ( verantwoordelijkheidsgevoel )
• is bereid zich aan te passen aan wijzigende omstandigheden , zoals middelen , doelen , mensen en procedures . ( flexibiliteit )
Doelstellingen voor het opleidingsonderdeel De student :
• volgt de vernieuwingen op vlak van het gekozen topic op de voet .
• verwerft nieuwe inzichten op vlak van het gekozen topic zelfstandig .
• neemt zelf initiatief om zich de vernieuwingen op vlak van het gekozen topic eigen te maken .
37