Psyfar 2013-02 | Page 61

Methodologie serie aflevering 7
Samenvatting
In deze zevende aflevering van de artikelenserie methodologie wordt ingegaan op de verschillen tussen experimenteel onderzoek en observationeel onderzoek. Het gerandomiseerde, klinische onderzoek, de rct, wordt beschouwd als gouden standaard in het geneesmiddelenonderzoek, maar in veel gevallen is het niet mogelijk een vraag te onderzoeken in een rct, om ethische of praktische redenen. In dit artikel wordt nader beschreven wat de tekortkomingen van rct’ s zijn, en wat alternatieve onderzoeksopzetten zijn waarmee de door rct’ s niet te beantwoorden vragen zijn te bestuderen.
Leerdoelen Na bestudering van dit artikel weet u:
• wat de nadelen zijn van gerandomiseerd geneesmiddelenonderzoek, de rct
• waarom rct’ s vaak klein en kortdurend zijn
• hoe groot een rct zou moeten zijn om bijwerkingen aan te tonen
• waarom rct’ s bijzondere deelnemers hebben, en wat de gevolgen hiervan zijn

De tekortkomingen van Clinical Trials

Inleiding Eerder in deze serie is gesteld dat het gerandomiseerde klinische onderzoek, de rct, gezien wordt als de gouden standaard om de effecten van geneesmiddelen te onderzoeken. De methodologie om rct’ s uit te voeren is zodanig ontwikkeld dat alles erop gericht is alleen de farmacologische werkzaamheid van een geneesmiddel aan te tonen. 1, 2 Door randomiseren is de prognose in de vergelijkingsgroepen gelijk; door een vergelijkingsgroep te gebruiken kan worden gecorrigeerd voor het natuurlijk beloop en het placebo-effect; en door blinderen wordt de subjectiviteit bij behandelaar, patiënt, en onderzoeker voorkomen. De strenge eisen die aan de opzet van een rct worden gesteld, leiden tot een grote interne validiteit, dat wil zeggen dat met grote zekerheid kan worden gezegd dat het gevonden effect ook daadwerkelijk correct is voor de onderzochte groep, maar het gaat vaak ten koste van de externe validiteit, de extrapoleerbaarheid naar de klinische praktijk.

½ kennistoets

punt www. psyfar. nl
E. R. Heerdink, apotheker en farmaco-epidemioloog, Divisie Farmacoepidemiologie & Klinische Farmacologie, Universiteit Utrecht
Zie voor het cv van de auteur: www. psyfar. nl
Te klein en te kort Het eerste nadeel van klinisch geneesmiddelenonderzoek is dat het vaak om relatief kleine aantallen deelnemers gaat. In een overzicht van tweehonderd geneesmiddelen die tussen 2000 en 2010 door de Europese geneesmiddelenautoriteit( ema) op de markt zijn toegelaten, werd gevonden dat het totaal aantal personen geïncludeerd in alle klinische studies die zijn uitgevoerd voorafgaand aan registratie gemiddeld 1708 bedroeg. Voor middelen voor chronisch gebruik lag dat gemiddelde weliswaar iets hoger,
Psyfar | juni 2013 | nummer 2 59