Psyfar 2013-02 | Page 26

HOOFDARTIKEL
depressieve patiënten werden slaapregistraties gemaakt tijdens baseline en tussen de 7 en 14 dagen na aanvang van duloxetinebehandeling( 60 mg / dag). Duloxetine leidde tot een significante remslaaponderdrukking. 56
Resumerend: De effecten van snri’ s op de slaap lijken op die van ssri’ s: ze onderdrukken de remslaap en kunnen leiden tot een afname in de slaapefficiëntie en / of toename in de totale waaktijd. Voor venlafaxine is aangetoond dat de frequentie van periodic limb movements sterk toeneemt, wat een negatieve invloed kan hebben op het in- en doorslapen.
Overige
Trazodon verschilt farmacologisch van andere antidepressiva: het is een zwakke selectieve serotonineheropnameremmer en heeft een antagonistische werking op
5-ht 1A
, 5-ht 1C, 5-ht 2
, alfa-1- en alfa-2-adrenerge receptoren. Trazodon heeft sederende eigenschappen en wordt daarom in de praktijk in lage doseringen(< 150 mg) vaak off-label als slaapmiddel gebruikt. Uit onderzoek bij gezonde mensen blijkt trazodon 100 mg / dag( verdeeld over 4 giften) het percentage sws significant te verhogen. 57, 58 Ware et al. vonden dat een enkele dosis( 100-200 mg) rond bedtijd leidt tot een dosisafhankelijke reductie in het aantal keren wakker worden, een verlenging van de remslaaplatentie en een afname van de remslaap. 59 Bij mensen die lijden aan slapeloosheid blijkt trazodon, 50 of 150 mg ingenomen rond bedtijd, de subjectieve slaapkwaliteit te verbeteren, de remslaap te onderdrukken en de hoeveelheid sws te verhogen. 60, 61 Het staken van trazodon gaat gepaard met tijdelijke( negatieve) reboundeffecten. Uit een studie bij depressieve mensen met insomnie bleek een bedtijddosis van 100 mg het meest effectief in het verbeteren van de subjectieve slaapkwaliteit. 62 Bij personen met een depressie of dysthyme stoornis en secundaire insomnie bewerkt 150 mg trazodon( enkele nachtdosis of 3 dd ingenomen) subjectief een verbetering van het inslapen en doorslapen, maar heeft mogelijk ook negatieve effecten op het functioneren overdag. 63 Bij overeenkomstige populaties zijn meerdere polysomnografische onderzoeken gedaan. Behalve een toename in sws en een afname in het aantal keren wakker worden, zijn de uitkomsten nogal inconsistent. Volgens Mendelson wordt dit mede veroorzaakt door kleine onderzoeksgroepen, grote verschillen in doseringen en behandelduur. 63 Mirtazapine is een antagonist van alfa-2-adrenerge, 5-ht 2
-,
5-ht 3
- en H 1-receptoren. De meest frequente bijwerkingen zijn een toename in eetlust, gewicht en sedatie. Ruigt et al. vonden dat een avonddosis van 30 mg mirtazapine bij gezonde mensen de slaaplatentie verkort, de hoeveelheid waak en S1 vermindert, sws stimuleert en de remslaaplatentie verlengt. 64 Aslan et al. observeerden vergelijkbare effecten. 65 Bij mensen met een depressie en insomnie zijn verschillende onderzoeken gedaan waarbij mirtazapine in oplopende dosis( 15-60 mg) gedurende meerdere achtereenvolgende weken werd gegeven. De onderzoeken tonen een persisterende toename in tst, door een verhoging van S2 en / of sws, en een verbetering van de slaapefficiëntie. 66-69 Uit een deel van de onderzoeken komt ook een verkorting van de slaaplatentie en een verlenging van de remslaaplatentie naar voren, evenals subjectieve verbeteringen met betrekking tot het inslapen en doorslapen. In een multicenteronderzoek werden mensen met primaire insomnie gedurende twee weken behandeld met zeer lage doseringen mirtazapine( 0,5, 1,5 en 4,5 mg). In vergelijking met placebo leidde mirtazapine tot een significante toename in tst en sws en een verbetering van de slaapefficiëntie( GSF Ruigt, persoonlijke communicatie). De subjectieve slaapbeleving was niet significant beïnvloed. Het stoppen met mirtazapine ging niet gepaard met rebound-insomnie.
Resumerend: Voor zowel trazodon als mirtazapine geldt dat ze al in voor depressie subtherapeutische doseringen positieve effecten hebben op de slaap: ze bevorderen het inslapen en / of doorslapen en stimuleren sws. Beide hebben een matige remslaap onderdrukkende werking. Bij gebruik als antidepressivum is er een kans op slaperigheid overdag, vooral bij mirtazapine.
Discussie Depressieve stoornissen gaan heel vaak, in circa 80 % van de gevallen, gepaard met niet-specifieke slaapproblemen, vooral insomnie en minder frequent hypersomnie( overmatige slaperigheid). 1, 3, 4 Er zijn meerdere redenen om de slaapklachten van depressieve patiënten nauwlettend in de gaten te houden en eventueel te behandelen. In de eerste plaats hebben slaapproblemen een grote invloed op de kwaliteit van leven en het functioneren overdag.
13, 14
Ten tweede is chronische insomnie een van de meest voorkomende residusymptomen van een depressie.
70, 71
Chronische insomnie blijkt de kans op een terugval in een depressieve episode significant te verhogen. 11, 12, 72 Daarbij komt er steeds meer evidentie voor dat het behandelen van slaapproblemen die optreden bij een depressie niet
24
Psyfar | juni 2013 | nummer 2