HOOFDARTIKEL
Cohen en collega ’ s voerden een meta-analyse uit van 41 kortetermijnonderzoeken ( 3 tot 12 weken ), gericht op bijwerkingen van nieuwe antipsychotica bij kinderen en jeugdigen . 13 De gemiddelde gewichtstoename per antipsychoticum laat nagenoeg een overeenkomstige volgorde zien als de overzichten in de tabellen 3 en 4 . De oddsratio ’ s zijn weergegeven in tabel 3 . Zuddas en anderen geven een overzicht van 32 onderzoeken naar effectiviteit en veiligheid van nieuwe antipsychotica bij minderjarigen met niet-psychotische aandoeningen . 14 Hun minder in detail weergegeven bevindingen met betrekking tot het risico op overgewicht zijn overeenkomstig eerdergenoemde onderzoeken . Comedicatie met stimulantia gaf in een onderzoek geen vermindering van de gewichtstoename of metabole verstoring . 15 Er zijn onvoldoende onderzoeken ( en slechts bij volwassenen ) met bovendien de nodige methodologische tekortkomingen om de relatie tussen de hoogte van de dosis en het metabool effect vast te stellen . Bij clozapine en olanzapine lijkt een verband te bestaan tussen de serumconcentratie ( dus niet rechtstreeks met de toegediende dosis ) en metabole uitkomsten . Bij risperidon zijn de bevindingen controversieel en bij de overige nieuwe antipsychotica zijn hiervoor tot nu geen aanwijzingen . 16 Een onderzoek waarbij 105 jeugdigen ( 7 tot 17 jaar ; n = 105 , 88 % jongens ) gemiddeld 1,9 jaar risperidon gebruikten , vooral vanwege disruptief gedrag , suggereert dat vooral de snelheid waarmee het gewicht toeneemt meer dan het uiteindelijke gewicht cardiometabole afwijkingen voorspelt . 17
Effect op glucosehuishouding en lipidenspectrum
Effecten van antipsychoticumgebruik bij kinderen op de glucosehuishouding en het lipidenspectrum zijn minder goed onderzocht . De gemiddelde follow-upduur bedraagt 14,6 weken . 6 De antipsychotica die worden geassocieerd met de meeste gewichtstoename lijken ook het meeste effect te hebben op deze parameters . Diabetes mellitus type 2 is een gevreesde consequentie van forse gewichtstoename en obesitas . Diverse onderliggende mechanismen zijn verondersteld : toegenomen vetweefsel zou tot insulineresistentie , glucose-intolerantie en diabetes aanleiding kunnen geven . De toename in vetzuren zou het glucosemetabolisme veranderen of de respons van bètacellen in de pancreas verminderen . Verontrustend is het gegeven dat bij sommige jeugdige patiënten na het stoppen van het antipsychoticum de diabetes mellitus niet reversibel bleek te zijn . 12 Ketoacidose ( met als alarmerende verschijnselen onder meer opeens veel dorst , veel plassen , misselijkheid , braken , gewichtsverlies , verlaagd bewustzijn en eventueel coma ) is als zeldzame bijwerking beschreven bij volwassenen met aanzienlijk overgewicht die ( slechts kortdurend ) een antipsychoticum gebruikten . Naast waarschijnlijk een diabetogeen effect worden de nieuwe antipsychotica in verband gebracht met hypertriglyceridemie . Onderzoek laat zien dat een verhoogde triglyceridewaarde een onafhankelijke risicofactor is voor cardiovasculaire aandoeningen . In het eerder aangehaalde onderzoek van Correll en anderen nam het totaalcholesterolgehalte significant toe bij olanzapine en quetiapine . 9 Bij risperidon en quetiapine steeg de triglyceridenratio significant , maar significante afwijkingen in de glucosehuishouding werden niet geconstateerd . Bij 1,6 % werd gesproken van een nieuw ontstaan metabool syndroom . Veranderingen betreffende de metabole waarden waren bij aripiprazol en de onbehandelde groep niet significant . De bevindingen met betrekking tot metabole parameters bij de eerdergenoemde meta-analyse waren samengevat als volgt : risperidon en olanzapine gaven ten opzichte van placebo significant verhoogde glucosewaarden . 13 Bij que tiapine en olanzapine bleek , vergeleken met placebo , sprake van een significant verhoogd cholesterol en significant verhoogde triglyceridewaarden .
Screening en monitoring van metabole bijwerkingen De Accare-richtlijn is gericht op monitoring van metabole en endocriene bijwerkingen van antipsychotica bij kinderen en jeugdigen . In dit artikel laten we de aanbevelingen met betrekking tot endocriene bijwerkingen achterwege ( zie ref . 3 ). De Accare-richtlijn is door een multidisciplinaire werkgroep ontwikkeld omdat voor minderjarigen in Nederland geen landelijke richtlijn bestaat en omdat het Amerikaanse consensusbeleid niet direct van toepassing is voor de Nederlandse praktijk . De bijgewerkte versie van 2010 is beschikbaar via de website van het Landelijk Kenniscentrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie . 4 Uitgangspunt is geweest dat een optimaal monitoringprogramma niet moet leiden tot overmatige diagnostiek , overbodige verwijzingen of buitensporige kosten en dat het patiëntvriendelijk moet zijn . De richtlijn bevat een stroomschema waarbij tijdens stap 0 ( screening ) behalve het geven van advies en voorlichting onder meer lengte en gewicht worden bepaald . Deze worden vastgelegd met hulp van een groeicalculator ( bijvoorbeeld van tno : groeiweb . pgdata . nl / calculator . asp ) in een groeicurve . Voor aan
14
Psyfar | juni 2013 | nummer 2