Leven is COMMUNICEREN is Leven De Wetten Voor Goede Communicatie | Page 76
ASSERTIVITEIT
1. Subassertief gedrag
Gedrag waarbij het belang van de ander primeert op het eigen belang: jij-houding.
Mogelijke redenen:
schaamte – angst – schuldgevoel – onzekerheid
Je wil de ander niet kwetsen
Je bent bang zelf gekwetst te worden
Je schaamt je voor je gebrek aan kennis
Je denkt dat je nog iets goed te maken hebt
Kenmerken:
Lange, verwarde verklaringen
(rechtvaardiging)
Vermijden of afzwakken van ik-zinnen (Ik denk…, maar wie ben ik?)
Afzwakkende uitdrukkingen
(misschien, eventueel, zou u het erg vinden, …)
Stopwoorden
(euh, ik bedoel, …)
Zichzelf kleineren
(Sorry - ik kan niet - ik probeer wel - ik moet)
Uitnodigen om genegeerd te worden
(laat maar, het is niet belangrijk, ik bedoel enkel)
Manipulatief / berekend of onderdanig gedrag
Passief
Kan leiden tot passief-agressief gedrag
2. Assertief gedrag
Bij assertief gedrag is er een evenwicht tussen het eigen belang en het belang van de ander: we-houding.
Mogelijke redenen:
Verlangen tot opbouwen van eerlijke relatie gebaseerd op gelijk-waardigheid, respect, vertrouwen en
veronderstelde “accountability”
Kenmerken:
Kort en ter zake
Wel overwogen gebruik van ik-zinnen
Open Vragen om situatie, mening en wensen van de ander te kennen
Onderscheid tussen feiten en mening (Naar mijn mening …)
Zoeken naar oplossingen zonder ze zelf aan te dragen of op te dringen: “Hoe kunnen we dat oplossen?”,
“Wat zou er gebeuren als…?”, “Wat vind je van …?”)
7 6