Leven is COMMUNICEREN is Leven Als ELK Woord Telt | Page 45

2. Motiverende gesprekken : 1e gesprek: collage Beeldmateriaal : Als kennismaking ga ik samen met de ander een collage maken. Zowel de ander als ikzelf gaan in tijdschriften prenten zoeken, die toepasselijk zijn op ons zelf. Nadat de collage af is leggen we deze kort uit aan elkaar. Hier kan ik doorvragen om nog meer dingen te weten te komen. Het doel van deze sessie is een kennismaking en het opstarten van een vertrouwensrelatie. Daarom is het belangrijk dat ik als hulpverlener participeer aan de activiteit. Het vertrouwen moet namelijk van beide kanten komen. In de nabespreking is er ook ruimte voor een probleemverkenning. Dit doel is belangrijk voor de volgende interventies. Op deze manier ontdek ik wat de visie van de ander is omtrent zijn probleem. 2e gesprek: tijdlijn Binnen de motiverende gespreksvoering, is het taak om een vertrouwensrelatie op te bouwen met de ander. Dit wordt bereikt door reflectief te luisteren en de ander te accepteren zoals hij is. Ik laat hem zijn verhaal doen en vraag dan door op dingen die gelinkt kunnen worden zijn situatie of probleem om de ander aan te zetten om bewust na te denken over zijn situatie of probleem, waarbij ik er attent op blijf dat ik niet te veel vragen stel, zodat de ander vooral zelf aan het woord is. Samen met de ander stel ik ook een tijdlijn op. Op deze tijdlijn staan drie belangrijke momenten in zijn leven, waarvan minstens één positief en één negatief moment. Bovendien vraag ik ook om een wens formuleren, iets dat de ander graag nog zou willen doen in de toekomst. Het is dus de bedoeling even stil te staan bij het verleden en toekomst. Hierbij gaat de ander in zichzelf kijken door terug te kijken en vooruit te kijken. Ik maak ook zelf een levenslijn zodat er meer veiligheid is. De ander leert mijn levenslijn kennen en ik die van hem. Hierbij wordt de vertrouwensrelatie nog eens extra in de verf gezet. Ik ga dus ontdekken wat belangrijke momenten waren in zijn leven en hoe hij hierop dan reageerde. Welke manier van coping heeft hij gehanteerd? In de nabespreking is het mijn taak om door te vragen zodat ik meer te weten kom over het coping-gedrag en de invloed op zijn leven. Bij het formuleren van een wens geef ik hem de mogelijkheid naar iets te verlangen dat hij nog niet heeft. Bij deze wens vraag ik door: ‘Hoe kan je dit bereiken?’ Dit kan leiden tot verandertaal. Op het einde maak ik een korte samenvatting om alles nog eens op een rijtje te zetten en de ander bewust te maken van wat hij gezegd heeft. Hier ga ik voornamelijk de verandertaal benadrukken. 3e gesprek : Cirkel van invloed Binnen deze sessie leg ik uit wat de cirkel van invloed wil zeggen. Dit doe ik aan de hand van voorbeelden. We tekenen verschillende cirkels. Zo tekenen we er een met veel invloed en een met weinig invloed. Opdat de ander de cirkel van invloed beter begrijpt, geef ik een voorbeeld van een situatie waarop ik wel invloed heb en een waarop ik geen invloed heb. Hierna vraag ik hem zelf twee situaties te beschrijven. Dit geeft me een idee over zijn gedrag in moeilijkere situaties. De volgende opdracht die hij krijgt is nadenken over een metafoor rond de eigen persoon. Indien dit niet vlot gaat, vraag ik eerst eigenschappen te geven over zichzelf. Deze kunnen we vervolgens linken aan een voorwerp of dier. Het gevonden metafoor tekent hij in de binnenste cirkel. Dit wordt dan besproken om te kijken hoe hij zichzelf inschat. 45