De Gracieuse 1 August 1866 | Page 4

Hieraan, om het uitsnijdsel van den hals en aan den onderrand van den reep garnituur van het voorste ge-

plooide gedeelte zet men volgens de

afb. No. 21 een smal kantje. Van onderen in den rechten rand van de

fichu legt men in de voorstukken door elk kruis op punt te hechten

eene, in den rug twee plooien en

zet de fichu daarna aan de cein-

tuur, uit lint en entre-deux

samengesteld, met dubbel ne-

teldoek gevoerd, en aan de ein-

den met haken en oogen voor-

zien. Het dichtmaken van de

fichu en van de ceintuur wordt

bedekt met een strik insgelijks

van lint en entre-deux

vervaardigd.

Schort voor huis-

houdelijke

bezigheden.

Afb. No. 23. Knip-

patr., keerz. v. h.

Suppl. No. XIV,

Fig. 30 en 31.

Linnen, zijde, linnen band.

Dit schort waarop een groote lap, in den vorm van

een zak is gezet, kan bij het ophangen der wasch,

om de klampen in te bergen, en ook bij het pluk-

ken van het ooft uitnemende dienst bewijzen. Ons model is vervaardigd van linnen, men kan echter ook trielje, engelsch leder enz. nemen. Wegens de beperkte ruimte op het Supplement zijn wij ge-

noodzaakt het knippatroon tot op een achtste ver-

kleind te geven, men moet dus den afstand tusschen

de teekens op fig. 30 en 31 (helft van het schort

en van den zak), in dezelfde evenredigheid als de omtrekken

vergrooten. Ons model is 56 d. hoog en 50 d. breed, aan den bovensten dwarsrand een weinig uitgehold, en glad aan een recht boord gezet. De zak is 38 d. hoog, 58 d. breed, en wordt van

39 tot 40 en van 40 tot 41 op het schort gezet, waarbij men er

in den onderrand eene plooi in legt, door kruis op punt te hech-

ten; de plooi blijft van boven los. Rondom den buitenrand is vol-

gens de afbeelding een strookje van de stof, 3 d. breed met rood

garen gefestonneerd, gezet. De ceintuur is vervaardigd van een rechten reep linnen 3 d. breed, in

de rondte met linnen band van de kleur van de stof geboord, en om haar te kunnen sluiten met een

knoop en een knoopsgat voorzien. Wij moeten nog aanmerken dat het linnen vóór het festonneeren

is schelpen moet worden uitgeknipt.

Nauwtoeloopende rok.

Afb. No. 24. Knippatr., keerz. v. h.

Supplem. No. I, Fig. 1 tot 3.

Dit model een rok van mohair,

met geeren geknipt en van achteren

in het midden met eene driedub-

bele breede plooi voorzien, is aan

den onderrand door een zwart flu-

weelen lint 1½ d. breed afgeslo-

ten, hetzelfde lint, maar op kleine

afstanden met ronde gitten plaat-

jes versierd, is er 24 d. boven

het eerste in een grieksch pa-

troon opgenaaid. De ruimte

hiertusschen en tot aan den

onderrand wordt gevuld met

fluweelen lint ½ d. breed,

dat er dicht naat elkaar

in rechte lijnen op wordt

gelegd. Bij het vervaar-

digen van den rok knipt

men uit de gekozen

stof naar fig. 1 een

gedeelte aaneen,

langs de dunne lijn

die het midden

aangeeft, verder

naar elk der fig.

2 en 3 twee

gedeelten, men

knipt echter

elk stuk ge-

lijkmatig zooveel langer als dit noodig is. Als de ge-

deelten volgens de overeenstemmende cijfers op de knip-patronen, met een dubbelen naad aan elkaar zijn gezet, dan legt men aan den binnenkant tegen den onderrand van den rok een schuinen reep voering ongeveer 20 d.

breed, naait er volgens de afbeelding en zooals wij hier hier-

boven hebben opgegeven het garnituur op, en maakt in fig.

3 langs de voorgeteekende dubbele lijn eene insnijding voor

de split, in de afgeknipte randen wordt een dun koordje ge-

zoomd. Nu legt men van boven plooien in den rok door elk

kruis op het punt met dezelfde letter geteekend, te hechten.

Aan de linker zijde echter van den rok, waar de plooi er door

de split niet ingelegd kan worden, vouwt men den rand van de

split van kruis a tot ster naar binnen om, en laat de plooi hier-

door ontstaan, van het dubbele punt tot punt a onder den anderen rand van de split vallen. Aan

het boord dat op den rok wordt gezet en uit een rechten dubbelen reep der stof 3 d. breed bestaat,

worden op de plaats op fig. 3 met kruis a geteekend, haken gezet en op de plaats met punt a van

oogen voorzien.

142 DE GRACIEUSE. [1 Augustus 1866. 4e Jaargang.]

No. 15. Eierkoker van knoop- en haakwerk. Verkleind.

No. 19. Modeplaat.

Knippatroon van de laag uitgesneden taille (corsage “Diane”), keerz. v. h. Supplem. No. IV, Fig. 13―16.

No. 17. Rieten voet voor den eierkoker.

Verkleind.

No. 18. Bodem voor den eierkoker. Verkleind.

No. 16. Uitvoering van het knoopwerk voor

den eierkoker. Oorspronkelijke grootte.