Magazine Logic-Immo : Oost- & West-Vlaanderen, Kust 422 | Page 81

SPECIAL NIEUWBOUW 81 stellingen te halen en daarom heeft CD & V enkele weken geleden een aantal concrete voorstellen gedaan om aan het pact een nieuwe invulling te geven. Zo wil de partij dat de regering regels opstelt voor het beroep van renovatiecoach, die samen met de eigenaar een plan uitwerkt. De coach wordt betaald door de gebruiker, maar de regering zou moeten zorgen dat de prijs zo laag mogelijk blijft. Voor kwetsbare doelgroepen zou er een gratis oplossing komen. Daarnaast vindt CD & V dat de bestaande woon- en energiepremies moeten worden samengevoegd, zodat er maar één aanvraag meer moet worden ingediend. Ook verhuurders zouden een beroep moeten kunnen doen op een renovatiepremie. Om een beter beeld te krijgen van de kwaliteit van een woning zou het energieprestatiecertificaat( EPC) moeten worden uitgebreid met een parameter woonkwaliteit. Tot slot moet iedereen volgens de voorstellen van de CD & V die een oude woning afbreekt om er een nieuwe te bouwen aanspraak kunnen maken op een btw-tarief van 6 procent in plaats van 21 procent. Momenteel is dat enkel in de centrumsteden het geval. andere bewoners van de buurt verzetten zich ertegen dat in hun rustige en groene omgeving een bouwproject komt dat de rust verstoort.” Onze gesprekspartners zijn het er dus roerend over eens dat de bouwdroom van de Belg met de baksteen in de maag blijft bestaan, maar ze wijzen er ook allemaal op dat er tegenwoordig veel meer opties zijn om die in te vullen en ze verwachten dat die trend ook de komende jaren zal blijven aanhouden.
Geert Degrande
© Bostoen
Anders bouwen is een noodzaak De aangekondigde betonstop en de verwachte demografische ontwikkelingen, maatschappelijke trends zoals de deeleconomie en de noodzaak aan een andere invulling van het stedelijke beleid, zullen er volgens ons al onze gesprekspartners voor zorgen dat nieuwbouw ook de komende jaren in de lift zal blijven zitten.“ Maar je kan er niet naast kijken”, zegt Joery Michiels,“ dat die nieuwbouw en alle aspecten die ermee te maken hebben ook de komende jaren nog sterk zullen evolueren. We gaan kleiner en compacter bouwen, we gaan de open ruimtes moeten vrijwaren door hoger te bouwen en omdat steden als Gent een ongelooflijke aantrekkingskracht uitoefenen, en de mensen er geconfronteerd worden met hoge prijzen, zullen we ook veel projectontwikkeling blijven zien in de naburige kleinere steden. Ook wederopbouw, door het slopen van bestaande villa’ s in kleinere gemeenten, met het oog op de vervanging ervan door meerdere woonunits, zou mogelijk een oplossing kunnen zijn. Al zien we op dat vlak dat niet steeds de nodige vergunningen worden uitgereikt, want als er meerdere woningen komen op een plaats waar er vroeger maar één stond, zorgt dat ook voor mobiliteitsproblemen. En ook het NIMBYsyndroom( Not in my Backyard) speelt mee:
Hoe wonen we in de toekomst? Tentoonstelling in Grand Hornu Hoe onze steden er in de toekomst zullen uitzien en hoe we zullen wonen blijft voor velen onder ons vandaag nog een beetje een“ ver van mijn bed”-thema. Maar de demografische cijfers zijn wat ze zijn: de toenemende wereldbevolking, en maatschappelijke fenomenen zoals de forse toename van het aantal singles en de vergrijzing zorgen ervoor dat de komende twintig jaar aan enorm veel mensen woongelegenheid moet worden geboden. Het is hoog tijd om na te denken over de vraag hoe dat moet gebeuren. Het Vitra museum heeft aan dit thema een interessante tentoonstelling gewijd die nog tot 1 juli te zien is in het CID( Centre d’ innovation et de design) in Le Grand Hornu in Henegouwen, nabij Bergen. In de 19de eeuw ontstonden protestbewegingen tegen de schaarste aan woongelegenheid. Een aantal grote ondernemers, die op sociaal vlak als‘ visionair’ kunnen worden omschreven, boden daar een antwoord op door in de nabijheid van hun fabrieken sociale woningen te bouwen. Op die manier ontstonden zeer solidaire arbeidersgemeenschappen, zoals die van Phalanstères in Frankrijk, en bij ons ook de arbeiderscité in Grand Hornu zelf. Gaan we opnieuw die richting uit nu er steeds meer nood is aan woongelegenheid? Een aantal recente ontwikkelingen lijken daar in ieder geval op te wijzen. Een bekend voorbeeld is alvast de autonome gemeenschap Christiana in Kopenhagen. En steeds vaker zien we vandaag in het stadsbeeld nieuwe voorbeelden opduiken van collectief wonen, als constructief alternatief voor de stedelijke isolatie. Op de tentoonstelling in Le Grand Hornu zijn 21 maquettes in groot formaat te zien van nieuwe gemeenschappelijke woonvormen in verschillende steden zoals Berlijn, Zurich, Los Angeles, Tokyo en Wenen. Allemaal hebben ze een innoverende aanpak gemeen qua bouwvolumes, uitzicht van de gevels en gebruik van materialen. Opvallend daarbij is ook dat de grenzen tussen de publieke en de private ruimte steeds meer vervagen en dat één en ander steeds meer in elkaar overloopt. Vandaag de dag krijgen steeds meer cohousingprojecten vorm, onder meer ook in studentenhuisvesting en zorghuisvesting voor senioren. Ruimtes gemeenschappelijk benutten, en ook met de architectuur inspelen op de trend van de deeleconomie, is een onmiskenbare trend geworden. Deze vernieuwende ideeën voor een andere manier van leven vormen eigenlijk een antwoord op één van de grote vragen van dit tijdperk: hoe zullen we in de toekomst samen leven en de samenleving organiseren?