KWALITEITSKENMERKEN PXL-OPLEIDINGEN
# 1
OPLEIDINGS- PROFIEL
De opleiding beschikt over een geëxpliciteerd en gedragen opleidingsprofiel . De missie beschrijft de bestaansgrond van de opleiding in relatie tot de maatschappij . In de visie expliciteert de opleiding welke eXcellente professional met X-factor men beoogt op te leiden en welke inhoudelijke keuzes men daartoe maakt . Voor de graduaatsopleidingen bestaat overeenstemming tussen het opleidingsprofiel en de beroepskwalificatie . De opleidingscluster beschikt over een actueel beleidsplan dat afgestemd is op het hogeschoolbrede beleid en waarin de missie , visie en doelen van de opleiding ( en ) geëxpliciteerd zijn .
De opleiding beschikt over een actueel competentieprofiel . De leerresultaten van de opleiding vormen een heldere en opleidingsspecifieke invulling van de internationale eisen met betrekking tot niveau 1 , inhoud en oriëntatie . De vier componenten van de X-factor van de hogeschool zijn voldoende herkenbaar in het competentieprofiel . Het competentieprofiel legt hierdoor de link met de life long learning skills opdat afgestudeerden in staat zijn de eigen professionele én persoonlijke ontwikkeling te garanderen .
# 2
ONDERWIJS- CONCEPT
Het onderwijsconcept is een didactisch basismodel dat richting geeft aan hoe de lectoren het onderwijs vormgeven . De PXL-brede uitgangspunten ‘ studentgecentreerd ’, ‘ MiXed learning ’ en ‘ maximale ontwikkelingskansen ’ zijn duidelijk zichtbaar in dit onderwijsconcept . De systematische toepassing van het onderwijsconcept verzekert dat de opleiding de beoogde eXcellente professional kan opleiden . De graduaatsopleidingen integreren werkplekleren in het onderwijsconcept .
# 3
EVALUATIE- SYSTEEM
De opleiding beschikt over een doordacht systeem van evaluatie dat gericht is op de beoordeling én de ontwikkeling van de student , rekening houdend met de vooropgestelde leerresultaten ( competentiegericht ). Het evaluatiesysteem van de opleiding ligt in de lijn van het PXL-evaluatiekader en staat beschreven in het evaluatieplan . Zo expliciteert het evaluatieplan de keuze , combinatie en opbouw van evaluatievormen vanuit een duidelijke visie op evalueren . Het illustreert ook hoe de afzonderlijke beoordelingen in opleidingsonderdelen , gecombineerd een zicht geven op het gerealiseerde eindniveau in relatie tot de competenties . Verder biedt het evaluatieplan richtlijnen voor de transparantie , betrouwbaarheid en validiteit van de evaluaties en voor een optimale evaluatieorganisatie . Een in- en externe toetscommissie bewaken mee de kwaliteit van de evaluaties .
# 4
CURRICULUM
Het curriculum is geënt op het opleidingsprofiel en staat in functie van het opleiden van de beoogde eXcellente professional . In een competentiematrix is de link tussen de opleidingsonderdelen en het competentieprofiel zichtbaar . De student kan de basisinformatie van alle opleidingsonderdelen raadplegen in helder beschreven ECTS-fiches .
Het curriculum vertoont een duidelijke horizontale en verticale samenhang , dit laatste in de vorm van leerlijnen . Ieder curriculum integreert de drie PXL-leerlijnen : 1 ) onderzoekend handelen , 2 ) internationaal en intercultureel handelen en 3 ) ondernemend handelen . De aandacht voor duurzaamheid , taal en soft skills komt tot uiting in deze leerlijnen . Daarnaast omvat het curriculum competenties inzake taalvaardigheid en duurzaamheid . Om de vooropgestelde competenties te bereiken , heeft het curriculum een voldoende mate van authenticiteit , met name in de vorm van projectmatig werken , participatie in de praktijk en praktijkgericht onderzoek . In functie van MiXed learning is de combinatie tussen het leren in class , het online leren en het leren op en samen met de werkplek kwaliteitsvol . Het curriculum van de graduaatsopleidingen bevat als rode draad werkplekleren . Verder vertoont het curriculum een aantoonbare internationale focus , bevat het een multidisciplinair window ( niet voor graduaatsopleidingen en bachelor na bacheloropleidingen ) en kunnen studenten participeren aan PXL-onderzoek en dienstverlening ( niet voor graduaatsopleidingen ).
# 5
KRACHTIGE LEEROMGEVING
Een leeromgeving is krachtig indien ze uitdagingen biedt die zich net naast het actuele ontwikkelingsniveau van de student bevinden . De modale student bestaat niet , iedere student verschilt in leervoorkeur , motivatie , mogelijkheden ... De onderwijsvormgeving speelt best zoveel mogelijk in op deze verschillen door het faciliteren van persoonlijke leerwegen en het aanbieden van een aanbod levenslang leren . Ontwerpteams gaan prioritair aan de slag om voor struikelopleidingsonderdelen persoonlijke leerwegen te ontwikkelen . Om alle studenten kansen te geven , bieden opleidingen een traject voor werkstudenten en een afstandstraject aan , beschikken ze over een uitgeschreven EVC-procedure en geven ze studenten de mogelijkheid om te excelleren in een excellentietraject en / of in de bachelor- of masterproef ( niet voor graduaatsopleidingen ). Met het oogmerk zo goed mogelijk aan te sluiten op de voorkeuren van de student is er in ieder opleidingsonderdeel een set van kwalitatieve leermiddelen aanwezig , tijdig raadpleegbaar in de elektronische leeromgeving . Omdat projecten , werkplekleren , stages en de graduaatsproef / bachelorproef / master-
1
Niveau 5 voor de graduaatsopleidingen Niveau 6 voor de academische en professionele bacheloropleidingen Niveau 7 voor de masteropleidingen