FIB NR4 | Page 30

28 VVV-FOLDER Een groot aantal wederopbouwwijken is inmiddels alweer volledig geherstructureerd. Hard nodig om verdere verpaupering te voorkomen, maar om te zeggen mooi… Nou, nee. Tussen het Jaffa en de Boezem in Kralingen is het mislukt. In het Ouden Noorden ook. Men ziet statische woonhuizen als eenheidsworsten met af en toe een pleintje en een stukje gras. Geld moet de bankschroef geweest zijn, anders kan men zoiets niet bedenken. Niet te snappen lukt het dan wonderlijkwijs weer wel in de uit 1956 daterende 110 Morgen Polder in Hillegersberg. En wie op de Aelbrechtskade rijdt, ziet aan de overzijde in elk geval aan de waterkant een herrezen Spangen in één frisse lijn. Maar daarachter is het weer één pot nat. Geen enkele VVV-folder enthousiasmeert de toerist om in de woonwijken van Rotterdam een kijkje te nemen. Het zestiende eeuwse Delfshaven is oudstedelijke glorie. Eens te meer een raadsel waarom ooit een dronken architect de kans heeft gekregen om de prachtige klassieke line-up van de Voorhaven te doorbreken met nieuwbouw. Geen foeilelijke, maar modernisme hoort niet thuis in een stadssierraad waarin de historie van Piet Heijn, de luitenant-admiraal van de West Indische Compagnie uit de tijd van de Spaanse Zilvervloot (1628) in ere wordt gehouden. Tegenwoordig wel met vraagtekens, maar tegenwoordig zijn vraagtekens en provocatieve campagnes tegen oude tradities net zo modern als de Erasmusbrug, het Nieuwe Luxor, de Montevideo en het Centraal Station. Duidelijk is dat Rotterdam zich wereldwijd in de schil majestueus heeft gemanifesteerd. Het uiterlijke vertoon is geslaagd. Rotterdam is een moderne architectuurstad geworden. Wie vanaf Hoek van Holland over de Maas vaart nadert links en recht een spierballenomgeving. Toch moeten de toerende wereldburgers aan boord van de cruiseschepen, die van het bestaan van de voorsteden Vlaardingen en Schiedam geen benul hebben en bij Hoek van Holland al vermoeden dat ze Rotterdam invaren, genoegen nemen met een naargeestig voortraject van oude flatgebouwen. Geen geweldige binnenkomer. Dat zijn de witte beschuitbussen van Vopak en Kool evenmin, maar die symboliseren in elk geval de power van een wereldhaven. En zo lang zal het toch niet meer duren voordat eindelijk vaart gezet wordt achter de voltooiing van de afbraak van de verroeste gebouwen van de RDM, want die smeerboel is geen propaganda. De mislukte flat achter de fietstunneltoren op Zuid evenmin. TEKENTAFELVIRTUOZEN Wat bij de wederopbouw aan weerszijden van de oever aan de Maas heeft ontbroken is een bezielende impuls om te laten zien hoe die stad ooit was. Er is geen enkel historisch gebouw gekopieerd. Dat hebben al die tekentafelvirtuozen (Koolhaas, Rose, Oud, Van Tijen, Bakema, Maaskant, Weeber, Bakker, Houben en De Geuze) niet voor elkaar gekregen. Zelfs de herinrichting van de Müllerpier is aangepast aan de geest van de tijd. Niet onsmakelijk. Eenkleurig bruin. Met zowaar daartussen nog één gefatsoeneerd oud kantoorgebouw van de Rotterdamsche Lloyd. Maar je moet de Willem Ruys en de Sibajak voor de kades hebben zien liggen om te betreuren dat er veel weggewiste geschiedenis niet gelijkwaardig is vervangen. Jongeren prijzen de skyline. En die is inderdaad fraai. Vooral 's nachts. Skylines kunnen oplichtende wolkenkrabbers niet missen. Wat dat betreft ligt het oude ss Rotterdam er aan de overzijde op het gerenoveerde Katendrecht als een pronkstuk bij. Jarenlang is er gebakkeleid om de 56-jarige koningin-moeder van de Holland Amerika Lijn in haar eigen stad afgemeerd te krijgen en het heeft een godsvermogen gekost, maar nu ze er rustig ligt duimt iedere Rotterdammer voor stabiele exploitatie. Misschien was langszij aan