schakeering (volgens ons model blauwgroen). Elke kruissteek bedekt, zoo als zicht-
baar is, vier draden van het gaas in de hoogte en twee in de breedte. Bij de
figuren, waarvan er eene ter verduidelijking nog onvoltooid is voorgesteld, be-
staat het middelpunt uit een dubbelen kruissteek van witte zijde, over vier dra-
den in het vierkant gewerkt, de vier overige kleine ruiten van de figuur hebben
als grondlaag elk twee lange kruissteken van zwarte wol, hier overheen wordt
een schuine kruissteek van lichtgele zijde gewerkt.
Afbeelding No. XXXVIII.
Dit patroon bestaat insgelijks gedeeltelijk uit lange kruissteken, doch
deze zijn dwars liggende over zes draden in de breedte, twee draden
in de hoogte gewerkt, en worden met den gewonen kruissteek (over
twee draden in het vierkant) afgewisseld. De laatstgenoemde kruis-
steek is volgens het oorspronkelijke van zwarte wol, terwijl
de lange kruissteken die licht voorkomen, geheel van lilas-
zijde, de donkere van lilaswol in eene donkerder nuance
gewerkt zijn. De schikking der kleuren en der kruis-
steken is op de afbeelding duidelijk te onderscheiden.
Afbeelding No. XXXIX.
Het gepunte patroon is met zwarte wol in
regelmatige op- en afloopende steken, elk
over zes loodrecht liggende draden ge-
werkt, zooals de afbeelding aan de
naar buiten liggende onbewerkte rij
punten aantoont. De schuine rui-
ten die tusschen de rijen pun-
ten inliggen, worden elk met
vijf steken van toe- en af-
nemende lengte bedekt,
waarvan de drie lang-
ste in het midden
met een dwars-
steek te zamen wor-
den gevat. Volgens het
model worden de ruiten
door twee nuancen groen af-
gewisseld (de lichtste zijde), de
dwarssteken evenwel zijn door-
gaande met de groene zijde ge-
werkt.
Afbeelding No. XL.
Dit patroon vormt het zoogenaamde “ge-
broken stokje,” dat met den langen ver-
zetten kruissteek in twee verschillende schakee-
ringen gewerkt is, bijvoorbeeld eene rij stokjes in
ponceau, de volgende in eene grijze schakeering (de
lichtste kleur gedurig zijde). Daar de afbeelding hier-
van zeer duidelijk is, ontheft ons dit van eene verdere
beschrijving.
Wij bevelen deze pa-
tronen zeer aan om-
dat de bewerking er van
eene aangename verpoozing
verschaft.
Gehaakte ruit met borduurwerk, voor reis-, wiegede-
kens, enz.
Afb. No. XXXVI. Ponceau, witte, zwarte castor of zephir wol, gele filozelle.
De ruit, waarvan de afbeelding de oorspronkelijke grootte geeft, is met pon-
ceau castorwol met den zoogenaamden gekruisten haaksteek geheel met vaste ste-
ken vervaardigd en met een borduurwerk met den kruissteek van zwarte wol
en gele zijde versierd. wenscht men het voor ons liggende model voor een
reisdeken te bezigen, zoo neemt men daarvoor castorwol, terwijl voor
een wiege- of tafelkleed zephirwol beter geschikt is. Men werkt de rui-
ten in afzonderlijke strepen aaneen, en wel met twee van elkander
afstekende kleuren, waarbij men elke ruit regelmatig van kleur
verwisselt, bijv. eene ruit met roode, de volgende met blauwe,
witte of grijze wol, en zet later de afgewerkte strepen die de
vereischte lengte voor het kleed moeten hebben, zoodanig
aan elkander, dat de kleuren van de ruiten verzet lig-
gen. Elke streep (dus een ruit) begint men met 25 ste-
ken op te zetten en werkt daarop voor elke ruit 25
toeren, waarbij men bij elke ruit den draad weder
op nieuw aanlegt. De gehaakte kruissteek wordt
aldus gevormd: men steekt door den gehee-
len steek (d. i. in de beide bovenste lussen
van den steek) van den vorigen toer en
slaat bij het telken male doorhalen den
draad niet om de naald, maar legt
het haakje eenvoudig op den draad,
en haalt hem alzoo door den
steek. Voor het borduren van
de ruit geeft de afbeelding
een genoegzame hand-
leiding, de donkere
figuren worden met
zwarte wol, de lich-
te met gele zijde ge-
borduurd, elke kruissteek
werkt men over een ge-
haakten kruissteek. Om het
voltooide kleed zet men, hetzij
rondom of aan de beide dwarszij-
den, eene ingeknoopte franje onge-
veer 10 d. lang, waarvoor men in
elke ruit dezelfde kleur voor de franje bezigt.
Vier verschillende tapisserieste-
ken voor pantoffels, taschjes, voet-
kussens, enz.
Afbeelding XXXVII―XL.
Deze tapisseriesteken zijn ter versiering van bovenge-
noemde voorwerpen zeer aan te bevelen, daar zij eenvoudig
van bewerking zijn en een goed effect maken.
Afb. No. XXXVII.
De gestreepte grond van
dit patroon is met den
rechten langen kruissteek ge-
werkt, afwisselend eene lichte
en twee donkere rijen van eene
56 DE GRACIEUSE. [2 Maart 1866. 4e Jaargang.]
No. XXXVII. Tapisseriesteek
voor pantoffels, enz.
No. XXXV. Alphabet met vignetten. Fransch borduursel.
No. XXXVIII. Tapisseriesteek
voor pantoffels enz.
No. XXXVI. Gehaakte ruit met borduur-
werk, voor reis-, wiegedekens enz.
Oorspronkelijke grootte.
No. XXXIX. Tapisseriesteek
voor pantoffels enz.
No. XL. Tapisseriesteek
voor pantoffels enz.