D E B A N K N O O T.
Ten einde geen tijd te verliezen door vruchtelooze pogingen, zag JULIËTTE, na daarover een ganschen nacht te hebben lig- gen denken, van het voornamen af, om andermaal te vragen om hetgeen zij nog te vorderen had. Liever wilde zij iets leenen van eene harer nabestaanden, die haar menigmaal verzekerd had van hare warme genegenheid en volkomene dienstvaardig-heid. Deze vrouw woonde in de straat St. Denis. Meermalen had zij JULIËTTE en hare moeder, die in de straat Vaugirard woonden, uitgenoodigd om bij haar te komen uitrusten en iets gebruiken, wanneer deze zich bij het gaan van de enne les naar de andere in dat gedeelte der stad bevond. JULIËTTE had nog nooit gevolg aan die uitnoodiging gegeven, maar nu be- sloot zij er heen te gaan en gelegenheid te zoeken om haar het doel van haar bezoek mede te deelen. Het was ver uit de buurt, maar daaraan dacht het arme meisje niet eens, zoo ver- vuld was zij met het onderwerp dat hare geheele ziel bezig hield.
Zij vond hare nicht DURANTEL bezig met zich te kleeden. Het was eene vrouw van veertig jaren, die er zeer goed had uitgezien, en zij zou het nog, indien zij zich minder het voorko-men had willen geven van nog eene jeugdige schoonheid te zijn – iets dat haar in het oog van velen nog veel minder schoon maakte dan zij inderdaad was. Zoodra de weduwe DURAN-TEL JULIËTTE zag inkomen, kon zij eenen kleinen trek van misnoegen niet terughouden, dien de spiegel klaarblijkelijk ge-noeg aan het meisje overbragt om haar berouw te doen gevoe- len over hare komst. Maar hare nicht liet voor een oogenblik het opmaken harer krullen varen en trad naar het vuur en begon te praten met die gedwongen beminnelijkheid, welke klaarblijkelijk moet dienen om te verbergen, dat men hoe eer hoe liever wenscht ontslagen te zijn van eenen lastigen bezoe- ker, zonder dezen te doen gevoelen dat hij te veel is.
Toen de nicht haar gevraagd had hoe hare moeder voer, ant-woordde JULIËTTE dat deze thans zeer ziek was ten gevolge van overmatige inspanning en afmatting.