Foto | René van den Burg , Josine Voogt , Anke Bot ONDERWIJS EN OPLEIDEN | Oktober 2020 | BNL | 7
“ Eigenlijk zijn we al jaren bezig om vakkrachten te behouden voor onze mooie sector , en ook nu blijven we bereid zelf geld te investeren ”, stelt Jørgen Hulsmans , plaatsvervangend directeur Beleid en Vereniging bij Bouwend Nederland . “ Samen met de vakbonden hebben we een gezamenlijk belang : een krachtige sector die beschikt over goed opgeleid personeel en hen behouden . In Nederland staan we de komende decennia voor grote maatschappelijke uitdagingen , en daarbij is goed en voldoende personeel onontbeerlijk . Alles wat wij hebben opgenomen in het Paritair Stimuleringsplan voor Behoud van Vakkrachten sluit aan op zaken die we al uitvoeren . Dit keer vragen we de overheid
echter om dat extra steuntje in de rug . Zo kan een verlenging van de NOW-regeling substantieel bijdragen aan zaken die we zelf initiëren en kunnen we voorkomen dat we in een crisisachtige situatie terechtkomen waarin we noodgedwongen afscheid van mensen moeten nemen . Als er één ding is dat de vorige crisis ons heeft geleerd , is dat het lastig is om eenmaal vertrokken personeel weer terug te leiden naar de sector . Het belang van behoud is dus groot , vandaar dat een aantal steunmaatregelen gewenst is . Los van de NOW zijn dat onder meer een financiële compensatie voor verzuimkosten , een bijdrage aan een regeling voor zware beroepen , digitale opleidingsmogelijkheden , een verlaging van de WIG-kosten en een verhoging van de subsidie Praktijkleren .”
‘ Hand in eigen boezem ’ Tot zover de maatregelen die de bouw- en infrasector van de overheid verlangt . Maar dat is niet alles : de sector steekt de hand in eigen boezem bij het opstellen van een allesomvattend stimuleringsplan . Marieke van der Post , programmanager
Onderwijs van Bouwend Nederland , licht toe : “ Dit deel van het plan bestaat uit zes maatregelen . Zo moeten we ervoor waken dat het aannemen van leerlingen door bedrijven en opleidingsbedrijven niet stil komt te liggen . Dit kun je opvangen door hen tegemoet te komen met een financiële bijdrage per leerling . De tweede maatregel wil zij-instroom bevorderen : probeer werkzoekenden uit andere sectoren naar de bouw te halen . Een derde maatregel is het bevorderen van arbeidsmobiliteit , zowel binnen de sector als intersectoraal . Zo hebben we een tool ontwikkeld om collegiale in- en uitleen te bevorderen . Dit is voor werkgevers een manier om medewerkers die even niet aan het werk kunnen binnen het bedrijf , eenvoudig aan te bieden om werkzaamheden voor een ander bedrijf te verrichten . Ook de ontwikkeling van een Skills Paspoort valt onder deze maatregel . Een vierde ontwikkeling die we graag zien , is het faciliteren van digitale opleidingen zodat leerlingen zich kunnen blijven ontwikkelen . De vijfde is minstens zo belangrijk : zorg ervoor dat ervaren leermeesters aan boord blijven en hun kennis en kunde op leerlingen kunnen overbrengen . Als laatste pleiten we voor projecten die een duurzame bouw bevorderen , waaronder die van een wijkgerichte energietransitie .”
Uitgelicht : stimuleren van BBL De door de EIB geluide noodklok is best heftig , stelt Suzanne den Dulk , voorzittter van de vakgroep Opleidingsbedrijven . “ Wij zijn naast opleider tevens werkgever van BBL-leerlingen . Zij zijn bij ons in dienst én krijgen een salaris uitbetaald . Met het afgegeven signaal van de 40.000 banen die in het gedrang komen , bestaat het risico dat opleidingsbedrijven in economisch uitdagende tijden het zekere voor het onzekere nemen en geen mensen aannemen , terwijl er straks weer gedegen personeel keihard nodig zal zijn voor onder meer woningbouw , energietransitie en verduurzaming . Samen met Bouwend Nederland hebben we daarom gekeken naar wat we kunnen doen om BBL ’ ers in dienst te nemen en te houden , en daar is de regeling van 1.250 euro per leerling uit voortgevloeid .”
Lidbedrijf Van der Werff Groep is een groot voorstander om leerlingen binnen de eigen gelederen op te leiden ; op deze manier kan ook de vergrijzing binnen het eigen bedrijf worden opgevangen . Het infrabedrijf merkt dat er veel meer jeugd interesse in het vak heeft , een goed teken aan de wand . Directeur Dennis van der Werff : “ Bouwend Nederland plukt de vruchten van deze investeringen om te laten zien hoe mooi het vak is . Er was een tendens voor leerlingen om achter de computer te zitten , maar ons vakgebied is zo mooi en mag nu eenmaal niet verloren gaan . De bouwsector moet nóg meer van zichzelf laten zien zodat bouwtalent zichzelf kan ontdekken . Lang niet iedereen wordt gelukkig van een kantoorbaan .”