“ Zelf woon ik in een huis uit 1908 . NOM kan , maar dat betekent dat je alle karakteristieken uit zo ’ n huis moet halen . Dat neemt niet weg dat ook dat huis energieneutraal kan zijn . Want als de energie die ik daar gebruik , groen is , dan is dat ook prima . We zijn daar komen wonen toen ik nog niets deed met klimaat of energie . Met de kennis van nu zou ik een aantal dingen heel anders hebben uitgevraagd . Maar ik wist het gewoon niet . En de kennis zat ook niet bij die aannemer . Je bent dus afhankelijk van de aannemer en die selecteer je toch in eerste instantie op ‘ wat hoor ik via mond-tot-mondreclame , komt hij zijn afspraken netjes na , is de prijs goed ?’ Niet in eerste instantie op ‘ weet ‘ ie veel van duurzaamheid ?’” •
SPECIAL DUURZAAMHEID | Februari 2017 | BOUWENDNL | 23
VERDUURZAMING IN DE BOUW VOLGENS DE TWEEDE KAMER | 5
" NEED TO DO : ENERGIEBESPARING VANAF DAG ÉÉN "
STIENTJE VAN VELDHOVEN
“ Wat duurzaamheid betreft moet de Europese Unie net als alle andere landen nog heel veel doen .” Stientje van Veldhoven zegt het gedecideerd en laat zich niet van de wijs brengen door mogelijke praktische hindernissen en hobbels : “ Het is geen kwestie van ‘ nice to do ’ het is ‘ need to do ’. Leidend is voor ons de doelstelling van het klimaatakkoord van Parijs , dus ‘ well below two degrees , aiming for 1.5 ’. Eigenlijk moet Europa 55 procent minder uitstoten in 2030 . Dat staat ook in ons verkiezingsprogramma . Dus zetten we in op vergroening van de energiemix , maar je komt er niet zonder sterke inzet op energiebesparing . Daarin is de gebouwde omgeving een heel belangrijk onderdeel . Alle rapporten geven ook steeds aan dat daarin nog heel veel te halen is . Dus daarom is dat heel belangrijk voor D66 .”
“ Een ander voordeel van besparen in de gebouwde omgeving is : een gebouw verplaatst zich niet naar België als daar het tax-regime net iets goedkoper is . Dus het is een nationale opgave die we ook nationaal zullen moeten invullen . Dan zie je dat wat lang in ons voordeel was , nu eigenlijk ons nadeel is , namelijk : een uitgebreide gas-infrastructuur . Vijfennegentig procent van de Nederlandse huishoudens is afhankelijk van gas , en als je kijkt wat de verhouding is tussen bestaande bouw en nieuwbouw , dan moet je – vind ik – voor bestaande bouw wat doen . Voor nieuwbouw kan het heel simpel zijn . We hebben het helder in ons verkiezingsprogramma gezet : ‘ geen nieuwe gasaansluitingen voor nieuwe gebouwen ’. Als je nu nieuw bouwt , ga je niet meer een gasinfrastructuur aanleggen .” “ Op zoek naar alternatieven en versnelling , willen we gemeenten een veel belangrijkere rol geven bij alle bestaande bouw . Want die
bestaande bouw is zo ontzettend versnipperd , als het gaat om ‘ welke oplossing is waar de beste ’. Je kunt niet elk huis nul-op-de-meter maken .”
“ Elke gemeente zou wat ons betreft een energiebestemmingsplan moeten maken . Zij brengen dus in kaart welke wijken - want in Nederland is veel wijkgewijs gebouwd - zich lenen voor welke oplossingen . En waar is dan het laagsthangende fruit en waar gaan we dan als eerste over naar welke oplossing ? Je hebt ook nog verschillende partijen waarmee je moet werken , zoals corporaties en grotere particuliere verhuurders , die wat mij betreft aan dezelfde afspraken moeten voldoen . Om ook versnelling in die markten te krijgen . Voor de echte particulieren denk ik dat je naar gebouwgebonden financiering toe moet .” “ We moeten met elkaar kijken naar de opgave
" Voor de particulier is die gebouwgebonden financiering echt een cruciale . Anders gaan mensen het gewoon niet doen ."
voor Nederland als geheel . Hoe verdelen we die op een reële manier over de verschillende gemeenten ? Natuurlijk ook : wat zijn dan instrumenten die de gemeenten nodig hebben om dat te realiseren ? Dan kunnen we afspraken maken .”
“ Voor de particulier is die gebouwgebonden financiering echt een cruciale . Anders gaan mensen het gewoon niet doen . De maatschappelijke baten zijn gigantisch – maar de individuele risico ’ s zijn gewoon te groot . Want je moet nogal een hoeveelheid geld uit je spaarpot halen .”
“ Hoe moet je dat praktisch vormgeven ? Je moet het loskoppelen van de bewoner van dat moment . Dat wil zeggen : koppel de bewoner dus niet voor 30 jaar aan een energiemaatschappij . Netwerkbedrijven en pensioenfondsen zouden een hoofdrol moeten hebben bij financiering hiervan . Het voordeel van netwerkbedrijven is dat ze al een relatie hebben met de klant . Ze zijn ook gecontroleerd door de NMA , dus de klant is ook beschermd . Daar is nog veel over te zeggen , maar doel moet zijn dat individuele bewoners vanaf dag één een lagere energierekening hebben .”
“ Voor corporaties zal zo ’ n grote opgave kunnen betekenen dat zij sommige huizen slopen en voor nieuwbouw gaan , bijvoorbeeld van generatieneutrale en meer comfortabele woningen . Maar voorop staat die lagere energierekening .”
“ Zelf woon ik in een huis uit 1908 . NOM kan , maar dat betekent dat je alle karakteristieken uit zo ’ n huis moet halen . Dat neemt niet weg dat ook dat huis energieneutraal kan zijn . Want als de energie die ik daar gebruik , groen is , dan is dat ook prima . We zijn daar komen wonen toen ik nog niets deed met klimaat of energie . Met de kennis van nu zou ik een aantal dingen heel anders hebben uitgevraagd . Maar ik wist het gewoon niet . En de kennis zat ook niet bij die aannemer . Je bent dus afhankelijk van de aannemer en die selecteer je toch in eerste instantie op ‘ wat hoor ik via mond-tot-mondreclame , komt hij zijn afspraken netjes na , is de prijs goed ?’ Niet in eerste instantie op ‘ weet ‘ ie veel van duurzaamheid ?’” •