10 | BNL | Juni 2019 |
WET KWALITEITSBORGING
WET KWALITEITSBORGING STAAT OP VERZWAKT FUNDAMENT
MISSCHIEN
MEER KWALITEIT,
MAAR ZEKER
MEER PAPIERWERK
De Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen
(WKB), die in mei 2019 werd aangenomen,
zal de bouw flink opschudden. Waarschijnlijk
in positieve zin, want wie kan er nu tegen het
streven naar betere ketenbeheersing en hogere
bouwkwaliteit zijn? Maar de wet heeft veel
open einden. En wie gaat er opdraaien voor de
onvermijdelijke kostenverhogingen?
De wet draagt de sporen van een lang politiek traject met
veel zichtbare reparaties aan het wegdek. Oorspronkelijk
(sinds 2011) stonden vooral privatisering van het toezicht
(einde papieren toezicht door Bouw en Woningtoezicht),
verhoging van de bouwkwaliteit, verlaging van faalkosten en
leges op de rol. De wet is weliswaar door de Eerste Kamer
aangenomen, maar de minister beslist in 2020 of de wet in
2021 concreet in werking wordt gesteld. Als tenminste in
de tussentijd voldoende evaluatiemateriaal is verzameld dat
‘bewijst’ dat de wet in de praktijk werkt.
“As built” principe
Voortaan wordt er binnen de omgevingsvergunning alleen
nog gebouwd volgens het “as built” principe. Dit betekent
dat de opdrachtgever/koper exact krijgt wat de ontwerper