HOEVEEL FOTO’ S HEB JE NODIG VOOR EEN HDR?
De eeuwige vraag – hoe veel foto’ s heb ik nodig voor een HDR en welk verschil in belichtingstops moet ik toepassen. Wel, standaard kan j al aardig ver raken met 3 foto’ s:
� � eentje met de juiste belichting voor je onderwerp eentje met 2 stops onderbelichting( voor de details in het verlichte zones) en � eentje met 2 stops overbelichting( voor alle details in de donkere zones). Met de info die je in deze opnames kan vergaren kan je software al een aardig resultaat neerzetten.
Ook hier speelt het merk een rol. Met een Canon kan je standaard een verschil van 2 belichtingstops instellen. Bij Nikon lukt dat niet. Dus maak je een reeks van 5 foto’ s en je gooit de tussenshots weg( er is steeds een oplossing, toch?). Of je gebruikt gewoon alle 5 foto’ s, zorg wel voor plaats op je harde schijf, werkgeheugen en rekenkracht.
Terug naar het juiste aantal foto’ s. Volstaan standaard 3 beelden? Ja, vaak wel. Zeker bij buitenopnames kan je hier ver mee komen.
Als je echter in een gebouw staat, dan speelt de info achter het raam ook een rol. En om deze info mee te krijgen dien je soms een extra stop( of zelfs 2 stops) verder te onderbelichten. Ik kan je dus geen vaste waarde geven. Tuurlijk niet, elke foto is uniek en kan dus andere parameters gebruiken.
Raadpleeg na de opname je preview op je camera( inzoomen is hierbij de boodschap) en oordeel zelf. Het zal je wat tijd kosten, en leergeld. Maar zo leer je wel beter de verschillende situaties in te schatten. Houd er rekening mee dat je ruis krijgt als je uit een bestaande foto de donkere zones gaat overbelichten om de details tevoorschijn te halen. Een opname meer kost echt geen geld( of moeite). En als je hem uiteindelijk niet nodig hebt, dan gooi je deze toch gewoon in de prullenmand.
Tip: raadpleeg je histogram en controleer dat je overbelichte foto geen clipping heeft in de zwarte zones. Omgekeerd mag de donkerste opname geen clipping vertonen in de witte zones van het histogram. Als je echt een goede reeks heb, dan zou je moeten vaststellen dat de lichtste foto geen data heeft in de donkere zone van het histogram( Figuur 1) en omgekeerd, dat bij de donkerste opname de informatie in de lichtste zone
Figuur 1 – geen info in de donkere zone Figuur 2 – en hier is de lichte zone vrij van alle info
66