ACT!NOW nr. 3 december 2018 | Page 31

Hoogbegaafdheid en misdiagnoses

Commentaar

Als kinderen langere tijd geremd worden in hun ontwikkeling, kan dat beschadigingen tot gevolg hebben, zoals ziekte of depressie. Voordat, vervolgens een kind zich weer kan ontwikkelen, door middel van bijvoorbeeld spel, sport of cognitief leren, is eerst herstel nodig. Dit had voorkomen kunnen worden door na te gaan wat het betreffende kind nodig had. Het stellen van een diagnose kan daarbij helpen. Daarbij is zorgvuldigheid geboden. Bij hoogbegaafden wordt vaak ten onrechte een stoornis vastgesteld. Wat houdt hoogbegaafdheid in, en hoe kunnen misdiagnoses ontstaan? Onderstaand artikel legt dit uit, aan de hand van de samenvatting van Adrienne van den Bos van het boek ‘Misdiagnoses van hoogbegaafden’ van James T. Webb, Edward R. Amend, Nadia E. Webb en Jean Goerss.

Wat is hoogbegaafdheid?

Voor hoogbegaafdheid is er geen definitie die wereldwijd wordt gehandhaafd. De National Association for Gifted Children geeft de veelgebruikte definitie: Hoogbegaafdheid houdt in dat je de potentie hebt om tot de top 3-5% van de bevolking te behoren op één of meer van deze gebieden:

1. algemeen intellectueel vermogen

2. specifieke wetenschappelijke aanleg

3. creatief denkvermogen

4. talent voor visuele of uitvoerende kunsten

5. aanleg voor leiderschap

Enkele kenmerken van (creatieve) hoogbegaafdheid zijn (bron):

• sterk ontwikkelde nieuwsgierigheid en eindeloos vragen stellen

• belangstelling voor experimenten en graag dingen op een andere manier willen doen

• neiging om ideeën of dingen samen te voegen op manieren die ongewoon zijn, niet voor de hand liggen en creatief zijn

• vraagstukken vanuit verschillende perspectieven en discipline overstijgend kunnen bekijken

• basisvaardigheden sneller leren met minder oefening

• sensitief, intens en sneller overprikkeld

• idealistisch en een sterk rechtvaardigheidsgevoel, koppig

• breed geïnteresseerd

• ongewoon gevoel voor humor

• zelfsturend, zelflerend en zelfbepalend

Maar…….

Helaas beschikken veel hulpverleners in Nederland over te weinig kennis over hoogbegaafdheid. Daardoor kunnen ze het onderscheid niet maken tussen hoogbegaafdheid en een stoornis en ontstaan misdiagnoses. Misdiagnoses komen vooral voort uit de wijdverbreide onwetendheid van professionals in de gezondheidszorg op gebied van de sociale en emotionele kenmerken en behoeftes van hoogbegaafde kinderen en volwassenen. Veel hoogbegaafden krijgen een verkeerde diagnose. Dit komt doordat het gedrag dat inherent is aan intellectuele en creatieve hoogbegaafdheid vaak niet wordt begrepen of geaccepteerd. Terwijl problemen vaak al kunnen verdwijnen door verandering

31

Coby van der Veen