ACT!NOW nr. 2 januari 2018 | Page 14

Kwalificatie

Socialisatie

Subjectifering

Biesta's driehoek

meer een reguliere opleiding worden, waarin kwalificeren eigenlijk op de eerste plaats kwam. Maar de bedoeling was anders, en dus de aanvankelijke werkwijze dus ook. De Amsterdamse Plus heeft hierdoor periodes gehad van projectmatig werken, huiskamer scholing tot aan meer echt beroepsgerichte scholingsaanpakken. Het is steeds een zoeken naar wat ten eerste past bij de doelgroep die men binnenkrijgt, wat de jongere verder helpt, en anderzijds wat de regelgeving, het beleid van de MBO-koepel en de arbeidsmarkt vragen. Liefst in die volgorde!

Aktueel is dat men binnen De Amsterdamse Plus het mentorschap wil oprekken richting de Big Picture methodiek: advisory in de ontwikkeling van het leren. Bij de Big Picture Learning gaat het vooral over cyclisch leren door middel van projecten en presentaties. De projecten vormen een ingang voor leerlingen om op zoek te gaan naar hun passie, beroepskeuze etc. of obstakels in hun leven te onderzoeken. Door het curriculum rond projecten te organiseren ontstaat een grotere intrinsieke motivatie vanwege directe betrokkenheid en relevantie van het project voor de jongere zelf.

Aansluiten en voortbouwen op bestaande competenties en vaardigheden hoort in bredere zin meer bij de onderwijsvisie van De Amsterdamse Plus.

Gepersonaliseerd praktisch onderwijs

innen De Amsterdamse Plus is men

door die persoonsgerichte aanpak

voorstander van gepersonaliseerd onderwijs. Dat kan uiteraard niet in grote groepen van 30 leerlingen; een oud model van onderwijs verzorgen. Juist met die 12 leerlingen in een groep kan door een vaste mentor persoonsgericht worden begeleid. De eerder genoemde bewustmaking van eigen kennis en kundes die zowel t.b.v. beroepsmatige als maatschappelijke contexten ontwikkeld moeten worden, moeten volgens Raimond met onderzoeksmatige activiteiten worden onderbouwd. De maatschappelijke en beroepenwereld ontwikkelt zich zo snel dat en zo anders, dat leerlingen met die onderzoeksvaardigheden de actualiteit beter kunnen begrijpen. Als zij leren onderzoeken wat waar of niet waar is, wat er nodig is om bepaalde zaken voor elkaar te krijgen, wat nodig is om klussen tot een goed einde te brengen, ontstaat daaruit een efficiënte manier van opleiden: praktisch en niet te abstract theoretisch. De doelgroep van De Amsterdamse Plus heeft die praktische handelingsgerichte scholingsaanpak nodig.

De meer theoretische opleidingsroute is niet per sé verkeerd, maar de leerlingen die deze route volgen komen er wel. Zij zijn door het succesvol doorlopen van het basisonderwijs al voorgeselecteerd en volgen makkelijker HAVO, VWO, HBO en universitaire routes, waardoor zij steeds meer de toekomstige structuren van de samenleving gaan bepalen. Dat is altijd al zo geweest, en dat is dan ook de reden dat juist aan de onderkant van de samenleving en het opleidingsgebouw kansarme jongeren in de knel komen. Er zijn duizenden leerlingen in opleiding in Amsterdam die niet aan de slag komen, omdat het bedrijfsleven liever kiest voor werknemers van buiten de randstad en uit het buitenland. Er is een sterke mismatch tussen vraag en eisen van het bedrijfsleven, en het zoek en acceptatie-gedrag om die werknemers - jongeren - daadwerkelijk toe te laten. Hier is veel werk in te verzetten, omdat het daarmee een maatschappelijk probleem is. Wat moet er dan gebeuren met die jongeren? Hoe wij - die de samenleving en het onderwijs inrichten - blijkbaar opvattingen hanteren waardoor geaccepteerd wordt dat er jongeren uitvallen. Terwijl we ze ook als ontwikkelbaar kunnen opvatten!

14

B