1 9 8 9
–
1 9 9 6
Eind november 1988 ging er een schok door Nederland.
Eerst in de Leeuwarder Courant en een dag later in de lande-
lijke media stond een foto van een klein gedrongen meisje,
naakt en aan de muur vastgebonden in een kille ruimte,
terwijl ze met haar arm contact zocht met haar moeder.
Haar naam was Jolanda Venema, ze was 23 jaar oud.
De foto was in wanhoop door haar ouders naar de Leeuwarder
Courant gestuurd. Al vier jaar had Jolanda regelmatig vastgebonden gezeten en al vier jaar hadden haar ouders er bij de
instelling, Hendrik van Boeijen-Oord in Assen, voor gepleit
haar meer begeleiding te geven. Maar de instelling had
daarvoor misschien nog wel de intentie, maar niet de middelen.
Klagen bij de inspectie leverde niets op, extra aanvragen
om geld ook niet. Integendeel, er werd in die jaren straf
bezuinigd.
De foto opende de ogen van veel Nederlanders. Ze zagen
iets waar ze geen weet van hadden. Ze zagen iemand in
omstan igheden die ze eigenlijk in Nederland voor onmogelijk
d
hielden. Dat was een schok. De verontrusting die daardoor
ontstond had als effect dat ook de wereld van beleid en
politiek zich plotseling gevoelig toonde voor wat ineens de
wantoestanden in de zwakzinnigenzorg heette. Heel snel werd
duidelijk dat er niet één Jolanda was, maar veel meer.
Vooral Gijs van Gemert, bijzonder hoogleraar ‘Zorg voor
ernstig geestelijk gehandicapten’ aan de Rijksuniversiteit
Groningen, stelde dat verstandelijk gehandicapten met gedragsproblemen in inrichtingen vaak in uitzichtloze situaties leefden
en op een manier werden benaderd die hun probleemgedrag
verergerde. Gedragsproblemen waren volgens hem te typeren
als ‘verstoorde omgang’ en het gevolg van de beheersmatige,
verstarde zorgcultuur in een inrichting. Van Gemert ging uit
De foto opende de ogen van veel
Nederlanders. Ze zagen iets waar ze geen
weet van hadden. Ze zagen iemand in
omstandigheden die ze eigenlijk in
Nederland voor onmogelijk hielden.
V ee r ti g jaa r voo r u it
H e t J o l a n d a V e n e m a - e f f e ct
31