Hij had zich al ingeschreven bij de Katholieke Leergangen
in Tilburg, voor de studie MO A Pedagogiek, een hbo-studie
die hij kon blijven combineren met zijn werk als groepsleider
op ‘t Hooghout op Huize Assisië. Hij zocht naar kennis die zijn
werk kon ondersteunen. Dat ging niet vanzelf. Het eerste
studiejaar in Tilburg dacht hij regelmatig: wat doe ik hier in
godsnaam. Het was blokken, boeken vol theorie verwerken.
Hij slaagde met goede cijfers, daar niet van. Leren ging hem
steeds gemakkelijker af, maar wat hij leerde kon hij niet
direct meenemen naar zijn werk.
Dat veranderde in het tweede jaar. Toen de studie
steeds toegepaster werd, toen de wiskunde statistiek werd.
Hij las zaken die hij in zijn werk toepaste en zocht voor vragen
over zijn werk antwoorden in de theorie. Die combinatie zou
hem nooit meer loslaten. De Engelse taal heeft er een mooie
uitdrukking voor: scientific practitioner. Een praktijk-wetenschapper. Of, nog meer op Peter Nouwens huid geschreven:
een doe-wetenschapper.
Na MO A stoomde hij in Tilburg meteen door met zijn
MO B Orthopedagogiek, die hij uiteindelijk in 1986 afrondde.
Tijdens deze studies, deels overigens gefinancierd door Huize
Assisië, volgde als vanzelf de overstap van de groepsbegeleiding naar de behandeling. Vanaf 1982 stond hij als agogisch
en therapeutisch medewerker op de rol bij Huize Assisië.
Veertig jaar vooruit
Onder begeleiding van Hilhorst hield Peter Nouwens
een enquête onder medewerkers. Met vragen als: Heb je het
erover? Wat doe je als iemand masturbeert? Mogen pupillen
seksuele omgang hebben? Uit de antwoorden werd duidelijk
dat nagenoeg iedereen ermee worstelde, dat er een grote
behoefte was aan openheid en duidelijkheid en dat in navolging
van de hele samenleving ook op Assisië wel wat minder
verkrampt met het onderwerp moest worden omgesprongen
en dat de seksuele behoeften van cliënten serieus genomen
moesten worden.
Lex Hilhorst was razend enthousiast over het eindresultaat.
Hij waardeerde het met een vette 9. Sterker, hij vond dat er
een publicatie voor een vakblad van gemaakt moest worden
en legde dat – zo waren de verhoudingen nog wel – voor aan
de nieuwe directeur Frans Schooltink. Die was blij dat de
stofwolken die de affaire-Huijsmans hadden doen opwaaien
inmiddels waren gaan liggen. Hij zat niet op nieuwe
commotie te wachten. Seksualiteit en Huize Assisië vond hij
daarom niet zo’n aantrekkelijk onderwerp om mee naar
buiten te treden. Hij zag de krantenkoppen al voor zich. Nee,
zo liet hij Lex Hilhorst en Peter Nouwens weten, hij moest
daar eens goed over nadenken.
Zo verdween de eindscriptie in een diepe bureaula.
Peter Nouwens voelde geen aandrang om daar tegenin te
gaan. Voor hem telde dat hij geslaagd was. Hij wilde door.
23