Twee maanden later begon Peter Nouwens op Huize Assisië.
Misschien als Dennendal ter sprake was gekomen, dat hij
zich wel tegen de bemoeienis had uitgesproken. Hij was jong,
thuis hingen de affiches van de PPR/PSP aan de achterkant
van zijn ouderlijk huis op de ramen (aan de voorkant had zijn
vader een affiche hangen van de KVP). Ook voor hem had
een autoritaire aanpak zijn beste tijd wel gehad. Maar hij
hoefde er niets over te zeggen. Er werd hem niks gevraagd.
Er werd niet over gesproken.
Wat hem in Assisië beviel was de enorme verantwoordelijkheid die hij al snel kreeg. Wat hem opviel was de
grote onderlinge betrokkenheid van de medewerkers.
De prettige sfeer van werken, hoe moeilijk sommige
jongens/mannen soms ook konden zijn. De opleiding
was best pittig, maar hij vond het interessant. Hij haalde
goede cijfers. Misschien zelfs een beetje tot zijn eigen
verbazing vond hij het leuk. Hij voelde zich er thuis.
Alleen was hij van plan fysiotherapie te gaan studeren.
Hij haalde zijn scheikunde-staatsexamen en schreef zich in
voor de opleiding fysiotherapie in Den Bosch. In de zomer
van 1975 liet hij Huize Assisië achter zich. Hij had er een
goede tijd gehad, maar hij moest verder.
Veertig jaar vooruit
zich in het harnas joegen. De Telegraaf gooide daarbij gretig
olie op het vuur, door de meest wilde verhalen (‘Kinderen in
Dennendal groepssex opgedrongen’) over wat er in Dennendal
allemaal gebeurde de wereld in te slingeren. Langzaam maar
zeker escaleerde het conflict daardoor naar het moment dat
de autoriteiten geen andere mogelijkheid zagen dan met
harde hand in te grijpen.
Op 3 juli 1974 – na twee jaar discussie en confrontatie –
werd Dennendal ontruimd. De leiding en medewerkers werden
gearresteerd en honderden bezetters en sympahiserende
t
ouders werden op straat gezet. De verstandelijk gehandicapten
werden met bussen naar de Rijks Psychiatrische Inrichting in
Eindhoven afgevoerd. Premier Den Uyl sprak van ‘een persoonlijke nederlaag’. Medewerkers van Huize Assisië waren opgetrommeld om, nadat de politie Muller en zijn stafeden had
l
afgevoerd, zich over de pupillen/bewoners te ontermen en
f
ervoor te zorgen dat het vervoer naar Eindhoven goed en
ordentelijk zou verlopen. Bart van Doveren weet dat het
gebeurde, zelf was hij er niet bij. Hij herinnert zich geen
discussies. ‘Er werd niet over gesproken.’
13