Honoursprogramma Groenmanagement : Authentieke leersituatie in een internationale bedrijfscontext
Alain De Vocht PXL-Green & Tech
TABEL 1 . OPERATIONELE SITE VAN SIBELCO MET KORTE BESCHRIJVING VAN DE SITUATIE EN MOGELIJKE CASES DIE WERDEN GESCREEND VOOR HET HONOURSPROGRAMMA IN 2019 .
Ontwerp
Het honoursprogramma Groenmanagement werd op het opleidingsbureau besproken en op de opleidingsraad voorgesteld . De competentiematrix voor het curriculum Groenmanagement werd verder aangevuld met een Honoursniveau naast het bestaande Elementair , Doorgroei , Integratie en Expert ( voor verdieping en verbreding ) niveau . Een intracurriculair opleidingsonderdeel van 11 studiepunten en een extracurriculair opleidingsonderdeel van 3 studiepunten werden opgesteld . Naast de begin- en eindcompetenties werden de volgtijdelijkheid , de doelstellingen , de begeleiding en de evaluatie-aspecten vastgelegd in de ECTS-fiches en in de studiegids opgenomen .
De collega lectoren van PXL BIO-Research werden betrokken in het ontwerpteam binnen de opleiding . De studieresultaten van de studenten 2GRM werden door de focusgroep van lectoren gescreend . Uit de gesprekken bleek dat de inschatting en beoordeling van de studenten door jonge lectoren te weinig op inzicht en redeneervermogen van de studenten is gericht . De beoordelingen van resultaten van de praktijkcasussen gecombineerd met deze van inhoudelijke vakken is daarom belangrijk . Eveneens kon worden vastgesteld dat sommige studenten sterk variabele scores op examens hadden . Bij nader onderzoek blijkt dat studenten soms gericht keuzes maken op welke vakken wordt ingezet in combinatie met bv . twee dagen per week te gaan werken tijdens het schooljaar . In deze pilot kwam tot uiting dat ook studenten met goede scores niet noodzakelijk gemotiveerd konden worden om extra uitdagingen aan te gaan . Deze studenten kunnen dan ook beter in het reguliere opleiding verder werken . Het persoonlijk aanspreken en uitdagen van studenten , die het ‘ te gemakkelijk ’ hebben in de opleiding , soms een storend gedrag vertonen of veel afwezig zijn binnen de opleiding ,
43 helpt om deze studenten op het goede spoor te houden en hun individuele leerwegen te optimaliseren .
Voor selectie van de studenten werd met de volgende aspecten rekening gehouden :
• Resultaten van de eerste trajectschijf en van het 1ste semester van de tweede trajectschijf : vooral de praktijkcasussen en groepswerk zijn hierbij richtinggevend
• De beoordeling van de attitudes : zelfsturing , zelfstandigheid , keuzebekwaamheid , kritische ingesteldheid , onderzoekende houding , analytisch denken en probleemoplossend vermogen , in groep kunnen werken , ondernemende houding , taalvaardigheid en meertaligheid ( Engels )
Het honoursprogramma wordt uitgevoerd in het eerste semester van trajectschijf 3 , met voorbereiding in het tweede semester of de zomer van trajectschijf 2 . De selectie van studenten vindt plaats bij aanvang van het tweede semester van trajectschijf 2 . De studenten dienen in de loop van het semester een motivatiebrief in . Op basis hiervan wordt de student uitgenodigd voor een gesprek . Tijdens dit gesprek wordt ingegaan op de motivatie en het profiel van de honoursstudent . Hierna volgt de beslissing over deelname aan het honoursprogramma en wordt het project opgestart . De studenten werden uiteindelijk vooral geselecteerd op basis van hun motivatie en resultaten in samenspraak met collega ’ s die naast hun inhoudelijke kennisbeoordeling ook inzicht in hun functioneren in praktijkcasussen . In authentieke co-creatie is ook het afleveren van een kwaliteitsvol en bruikbaar product een essentieel onderdeel . Het verhoogt de taakspanning , gedrevenheid en motivatie van de student die nu tot volwaardig junior-