STRIJD TEGEN SCHIJNVEILIGHEID SNIJBESTENDIGE WERKKLEDING
STRIJD TEGEN SCHIJNVEILIGHEID SNIJBESTENDIGE WERKKLEDING
Werkkleding met de hoogste snijbestendigheidsnorm klasse 5 wil niet altijd zeggen dat deze kleding ook veilig is in de praktijk . Het klinkt paradoxaal , maar eigenaar Bert Lindeboom van Werkman Oost kent zijn pappenheimers intussen wel door langdurig onderzoek en praktijkervaring . De leveranciers van werkkleding en veiligheidsartikelen vechten tegen de prijsstunters die met slechte materialen op de markt komen . “ Onze nieuwe klanten hebben in het verleden vaak al eens te maken gehad met letsel en verzuim als gevolg van kleding ondanks dat deze voldeed aan de hoogste snijbestendigheidseisen volgens de norm EN 388 .” De toevoeging van de EN-ISO 13997 norm geeft een reëler beeld over de kwaliteit in de praktijk .
SNIJBESTENDIGHEIDSNORM NEN-EN 388 : DE TEST
Eerst in volgelvlucht een uitleg hoe met deze test de snijklasse wordt bepaald : Bij de EN388 snijdt een mesje over de te testen stof en het aantal keren dat het mesje nodig heeft om door die stof heen te komen bepaalt de basis voor de snijklasse . Maar de test zit iets ingewikkelder in elkaar . Voordat de stof getest wordt , wordt de scherpte van het mes bepaald en na de test wordt de scherpte van het mes weer gecontroleerd . Met het aantal keren dat het mes na de test nodig heeft om door een gespannen stuk controle-katoen heen te komen , wordt de eerdere uitkomst van de test gecorrigeerd .
Mede hierdoor gaat de EN388 norm in de fout . Bij een uitmuntende snijbestendige vezel zoals Dyneema , Kevlar of een vezel met RVS draad wordt het mesje zó bot dat het bij de controletest wel 10 keer nodig heeft om door het controle-katoen heen te komen . Hierdoor wordt de uitkomst van de geteste stof negatief beïnvloed en krijgt daardoor een lagere snijklasse terwijl deze buitengewoon goed is . Bij glasvezel blijft het mesje in verhouding veel scherper en zal na een paar keer door de katoenen controlestof gaan . De aftrek op de oorspronkelijke uitkomst is daardoor veel minder waardoor glasvezel in veel gevallen goed uit de test komt . Je koopt daarmee schijnveiligheid ; glasvezel breekt namelijk snel en hierdoor zal bij gebruik de snijklasse erg snel afnemen . Dit is niet het geval met Dyneema , Kevlar of een vezel met RVS draad want deze zal niet snel breken of teruglopen in snijklasse .
EÉN NORM IS NIET VOLDOENDE De norm EN388 stelt de snijbestendigheid van werkkleding vast . Volgens Lindeboom zijn diverse fabrikanten in staat om aan klasse 5 , de zwaarste klasse volgens die norm , te voldoen . “ Maar in de praktijk leveren een aantal fabrikanten een slechte kwaliteit glasvezel die onvoldoende bescherming biedt , aldus de specialist uit Gorinchem . Wij zijn dan ook blij dat de norm EN-ISO 13997 erbij is gekomen . Deze norm zorgt ervoor dat de drukbelasting van de vezel getest wordt , slechte materialen zullen hierdoor goed zichtbaar worden .”
Als je er dus zeker van wilt zijn dat een handschoen of kledingstuk met snijklasse 4 of 5 gemaakt is van een degelijke snijbestendige vezel , dan moet de stof ook volgens EN-ISO13997 zijn getest . Bij deze test wordt gekeken hoeveel newton ( druk ) de stof kan hebben , deze test wordt in letters aangegeven , A ( 2 newton ) t / m F ( 30 newton ). Een goedkope glasvezel zal maximaal B ( 5 newton ) halen . Een goede snijbestendige stof met een RVS draad kan wel 30 newton hebben en toch comfortabel aanvoelen . De letteraanduiding van deze test is terug te vinden als toevoeging op de snijklasse-aanduiding .
Verder heb je natuurlijk altijd te maken met het spanningsveld tussen minder comfort en hoge veiligheid . “ Daarom werken we veel met ademende materialen en bovendien passen we alleen dikkere materialen toe op de meest kwetsbare lichaamsdelen zoals buik en onderarm . Dan lever je niet veel in qua draagcomfort .”
8 Special Ledenvoordelen najaar 2017- www . bouwendnederland . nl / ledenvoordelen