Steven Krol is vormgever en interieurarchitect. Hij is in zijn element als hij natuurlijke ontwerpen kan maken met respect voor mens en milieu. In het bijzonder zet hij zich in voor opdrachtgevers die met hun producten of diensten van waarde willen zijn in de maatschappij. Dat zijn bijvoorbeeld zorginstellingen, maar ook non-profit organisaties of commerciële bedrijven die duurzaamheid op de agenda hebben staan. Met zijn totaalconcepten vertelt Steven het liefst een verhaal dat past bij de gebruikers, functie en doelstelling. Zo versterkt hij de eigen identiteit van organisaties en onderstreept hij hun duurzame doelen.
Kan je iets vertellen over je werk en waar jij specialist in bent?
Voor mij zit de schoonheid in de eenvoud van de dingen. In het weglaten van het overbodige.
Daar wordt een ruimte veel rustiger van en begrijpelijker. Je hebt niet zoveel nodig om een ruimte mooi in te richten. Ik ben specialist in het harmoniseren van ruimtes voor mens, organisatie en bedrijf. Ik houd me bezig met de binnenkant van gebouwen, daar waar de architect ophoudt. Het “van binnen naar buiten ontwerpen” is een van mijn uitspraken. Wat is de functie van een gebouw? Voor wie is het gebouwd en wat doen we er straks weer mee als het zijn functie
verloren heeft? Kunnen we een duurzame visie ontwikkelen over een gebouw voor de levensduur ervan? Te vaak zie je dat organisaties een gebouw betrekken dat totaal niet past bij de intussen veranderende inzichten over werken, zorgen of leven.
Mijn specialisme is dat ik goed kan aanvoelen wat er in een ruimte nodig is of wat ik weg moet halen. Ik let erop hoe het daglicht binnenkomt of hoe het er ruikt. Hoe voelt het aan? Is het er te warm of te koud? Het gaat om het totaalconcept en de totaalbeleving. Als ik in de wachtruimte zit te wachten voor een eerste afspraak met een opdrachtgever, scan ik de ruimte. Ik zie in één oogopslag wat een gebouw of ruimte nodig heeft en hoe het weer goed functioneel en van deze tijd kan zijn. Er zit een gelaagdheid in de ontwerpen die ik maak.
Als ik een gebouw bekijk, strip ik het in gedachten weer tot het schoon is. Als een ui pel ik het af om het vervolgens weer schoon op te bouwen. Wat ik toevoeg is meer dan alleen projectinrichting. Ik weet aandacht te geven aan plekken die daar om vragen, die dat nodig hebben. Soms compenseren deze ingrepen de architectuur en soms versterken ze deze, al naar gelang de behoefte. Met een heldere vormtaal en grote gebaren weet ik zo ruimtes efficiënt en evenwichtig in te richten.