helemaal langs de Gambia-rivier en het land is driehonderd
kilometer lang en maximaal vijftig kilometer breed.
De fietsvakantie van Bernard is voor mij een mooie manier om
het land te verkennen.
Vooraf was ik bang dat ik als blanke op de fiets in Afrika één grote
attractie zal zijn. Maar dat valt mee. In dit straatarme land fietsen
veel mensen en bovendien: het leven is hier vooral een kwestie
van overleven, dus men heeft wel iets anders te doen dan op
mij te letten. Zelfs de te korte, onaangepaste en te uitbundige
jurk waarmee een meereizende blogster rondfietst krijgt geen
aandacht.
Stoffige wegen, vrolijke kinderen
Op de tweede dag fiets ik door Afrika alsof ik nooit anders heb
gedaan. Ik zoek de stevigste ondergrond in het rode stof, ik
ontwijk de gaten in het asfalt en heb de versnellingen van mijn ATB
helemaal in de hand. Behalve door Bernard worden we begeleid
door Mamou Suwaneh die in Banjul is geboren en getogen. En dat
heeft voordelen! Door Mamou fietsen we straatarme wijken in die
ik anders toch maar had overgeslagen, we bezoeken een klooster
gerund door een Canadese non dat ik anders niet had gevonden
en we kronkelen door de wetlands waar ik baobab-bomen zie met
vale gieren.
‘They went that way’, roept iemand vriendelijk als ik toch ineens
mijn groepje kwijt ben. Op een kleine binnenplaats hijgen we uit in
de schaduw. Kinderen poseren voor me als echte profs. Maar wat
apen ze eigenlijk na? Internet en smartphone zijn hier nauwelijks »
Een baobab-boom als reclamebord
De Vlaming Bernard organiseert 3 maanden per jaar fietsvakanties
Never Again. Vanuit West-Afrika werden 20 miljoen slaven verscheept
Gambia - de smiling coast of Africa