OOG VOOR AFRIKA 02-2019 | Page 19

Kuki Gallmann Mama Afrika Kuki Gallmann Mama Afrika Kuki Gallman Mama Afrika Kuki Gallmann Mama Afrika Kuki Gallman n Mama Afrika Kuki Paolo en Emanuele Mijn openingszin bij de ontmoeting met Kuki Gallmann in 2006 is: ‘Ik heb zo moeten huilen om uw boek’. Ze kijkt me aan en antwoordt alleen maar: ‘Ik moet nog altijd huilen om mijn boek.’ Het ijs is gebroken. Dit verhaal is een eerbetoon aan de vrouw die zei: ‘Ik heb geleerd om verlies te compenseren met een zinvol doel.’ Kuki Gallmann (1943) maakte deel uit van de beau monde in Italië voordat ze zich in 1972 met haar man Paolo en zoon vestigt op een veeboerderij in Laikipia in het noorden van Kenia. Als kind droomt Kuki Gallmann al van een leven in Afrika. Van zonsondergangen van goud, de brul van een leeuw in de duisternis. Haar droom komt uit, maar brengt ook veel verdriet. Ze leert haar lot om te zetten in iets positiefs. ‘Als je vasthoudt aan het oude kom je niet vooruit.’ Afrika – een nieuw begin Ze is nog maar 19 jaar als ze in het huwelijksbootje stapt met de Italiaanse macho Mario. Twee jaar later scheiden ze, hun zoontje Emanuele is een jaar eerder geboren tijdens een zeldzame sneeuwnacht in Venetië. In zijn ogen zag de jonge Kuki ‘een wijsheid en een wonderlijke droefheid, alsof hij meer wist dan zijn leeftijd toestond’. Na een auto-ongeluk waarbij de vrouw van haar vriend Paolo omkomt en Kuki zwaargewond raakt, wordt ze verliefd op de Italiaan die haar ondanks zijn eigen verdriet blijft bezoeken en de ziekenzaal betovert met verhalen over het Afrika waar hij vroeger heeft gewoond. ‘Om onze diepe wonden te laten genezen hadden we allebei behoefte aan een ander bestaan dat Memorial Emanuele niet verduisterd werd door de schaduwen van het verleden.’ Het werd Afrika. Een wedergeboorte. Paolo en Kuki kopen Ol Ari Nyiro, de plek van de donkere bronnen, ten noorden van Nairobi. Een uitgestrekt en gevarieerd landschap met heuvels, ravijnen en open vlaktes. Met runderen en schapen, maar ook met een overvloed aan wilde dieren. Het leven in Afrika is hard, zo hard dat Kuki en Paolo besluiten samen geen kinderen te krijgen. Het loopt echter anders. Als Kuki toch zwanger is, is Paolo door het dolle heen van blijdschap. Hij wil een wieg laten maken in de vorm van een kano, gesneden uit de stam van een mangoboom. Hij haalt de wieg op met de auto. Op de terugweg, voorbij Hunter’s Lodge, draait een vrachtwagen onverwacht de weg op. De wieg blijft ongedeerd, Paolo overleeft de botsing niet. Hij wordt begraven op Ol Ari Nyiro, waar hun thuis is. Hun dochter wordt geboren. Een meisje, Sveva. Kuki voedt de twee kinderen alleen op. Emanuele, die dan een puber is, mist zijn stiefvader enorm. Hij stort zich op zijn hobby reptielen, waaronder een paar gevaarlijke giftige slangen. In een moment van onvoorzichtigheid wordt hij gebeten en overlijdt in zijn moeders armen, het is 1983, drie jaar na de dood van Paolo. Ook hij wordt begraven op Ol Ari Nyiro. De pofadder die zijn dood op zijn geweten heeft, gaat mee de kist in. Alle andere slangen laat Kuki de dag na zijn begrafenis vrij in het reservaat. ‘Het voelde als het einde van de wereld, maar de wereld ging door.’ Bij de graven van haar man en zoon plant ze twee acaciabomen, het logo van haar stichting. »