OOG VOOR AFRIKA 02-2017 | Page 35

de schermen van bedrijven waar met zoveel passie wordt gewerkt en geproduceerd. Ze hebben door de gaarden gestruind, olijven geplukt, de oogsten en het persen beleefd en natuurlijk veel, heel veel van het heerlijke ‘groene goud’ mogen proeven. Vooral het laatste gaf hen een ongelooflijk inzicht in hoeveel verschillende olijvensoorten er zijn en welke smaken je uit een slokje olijfolie kunt halen. Olijfolie uit Zuid-Afrika De olijfolie uit Zuid-Afrika is in Nederland niet of nauwelijks bekend en dat terwijl hij gezien de kwaliteit behoort tot de top drie van de wereld. De inheemse olijfcultivar van Zuid-Afrika, de wilde olijf (Olea africana), is oneetbaar. In de jaren vijftig heeft de Italiaan Ferdinando Costa de eerste olijfbomen in Zuid- Afrika geplant, en nu worden er meer dan twintig verschillende ingevoerde olijfcultivars gekweekt. Deze variëren van populaire olieproducerende variëteiten zoals Leccino, Frantoio en Coratina tot Missie- en Kalamata-olijven. Deze laatsten zijn ook zeer geschikt als tafelolijf. Waarom is de kwaliteit in Zuid-Afrika zo hoog? Daar is een aantal redenen voor. De Zuid-Afrikaanse olijfindustrie is volledig ongesubsidieerd. Lokale olijfboeren reguleren deze industrie geheel zelfstandig, hun passie gaat voor commerciële noodzaak. De olijfgaarden zijn klein. Veel farms oogsten volledig met de hand. Een goede Zuid Afrikaanse olijfolie herkent men aan het SA Olive seal. Olives Go Wild De Olives Go Wild farm in Stellenbosch behoort toe aan twee dames. Sandra van Schaik en Linda Costa, een goeroe op het gebied van olijven en olijfolie. Haar vader heeft in de jaren vijftig als eerste olijfbomen uit Italië naar Zuid-Afrika gebracht en daar geplant. Haar achtergrond als biochemicus zorgt ervoor dat ze vaak als adviseur fungeert. »