Pure milieuwinst
Gedraagt u zich wel eens? Dat u denkt ’goh, wat gedraag ik
mij toch!’ Waarschijnlijk maar zeer zelden. Want het meeste
gedrag dat we vertonen is onbewust. Dat is maar goed ook.
Eerst overal over nadenken schiet immers niet op, neem
alleen al een dagelijkse routine als fietsen (trapper omhoog,
trapper omlaag, trapper omh…).
Dat gemak van routine is meteen de keerzijde. Veel van
ons gedrag is zo automatisch en onbewust, dat het moeilijk te veranderen is. “Deur dicht! Hoe vaak moet ik dat nog
zeggen…?” Toch willen we graag het gedrag van onszelf en van
anderen veranderen, slechte gewoontes aanpassen en andere
besluiten nemen. Ons bijvoorbeeld milieuvriendelijker gaan
gedragen. De Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur
pakte dit grote onderwerp bij de kop en presenteerde onlangs
haar advies ‘Doen en Laten, effectiever milieubeleid door
mensenkennis’. Het gaat over de rol van de overheid bij
gedragsverandering door consumenten.
De Raad gaat systematisch alle factoren die ons gedrag
bepalen af. Als eerste natuurlijk onze bekwaamheden en
motieven. Oftewel, wat kunt u, waar wordt u door gedreven en
wat vindt u belangrijk? Aandacht is er ook voor de omstandigheden. Terecht, want door de context te veranderen valt
veel te beïnvloeden. Zo verlagen drempels op de weg uw snelheid en is de plek in het supermarktschap bepalend voor de
beste verkoop van een product. Of denk eens aan een vieze
straat vol zwerfvuil of aan een straat die spic en span is.
Waar gooien mensen het makkelijkst iets op straat? Juist ja.
Dit artikel is verschenen in Tijdschrift Milieu 2-2014, www.vvm.info
De context bepaalt dus veel van ons gedrag. Het aardige is dat
de overheid die context vaak kan beïnvloeden en veranderen.
De Raad pakt niet alleen de in- en externe gedragsfactoren
op, maar analyseert ook onze overwegingen en motieven:
de volle breedte van gedragsverandering met al het beleid
en beleidsmaatregelen die erbij horen passeert de revue. Dat
vind ik een enorm compliment waard. Want lange tijd was
de overheid maar wát terughoudend op dit punt. Daardoor
viel bij een beetje campagne al gauw het woord ‘betutteling’.
Onzin natuurlijk. Als je beleid wilt uitvoeren, mag je daarvoor
van alles uit de kast halen: niet alleen wettelijke verboden en
financiële prikkels, maar ook sociale beïnvloeding. Waarom
zou de overheid me wel mogen vertellen wie de Bob is en niet
dat energie besparen belangrijk is of dat voedsel verspillen
makkelijk voorkomen kan worden? Zo lang dit maar transparant gebeurt.
Tussen opgedrongen marketing en gevraagde voorlichting
ligt een breed communicatieterrein. Dit biedt een palet aan
mogelijkheden om gericht in te zetten voor een effectiever
milieubeleid. Ik vind het daarom fantastisch dat het nu weer
mág: nadenken over hoe gedrag tot stand komt en het daadwerkelijk beïnvloeden. Dat is pure milieuwinst. En doe het dan
meteen maar onbewust. Dan houden we ruimte in het hoofd
over om aan nóg leukere zaken dan milieugedrag te denken.
Vera Dalm ,
voorzitter V VM
Tijdschrift Milieu, maart 2014
3