Mijn artikelen Diverse artikelen | Page 13

huis en legde Alexandra in haar wiegje. Het was perfect. Twee dagen later viel er een brief in mijn bus. Van de stad Antwerpen. Om me te feliciteren met de geboorte van Alexandra en om me uit te nodigen bij de Vrederechter voor een gesprek. Want dat kind was eigenlijk niet van mij. Zij was buiten het huwelijk geboren en had geen vader. Om haar een wettige status te geven zou ik haar achtereenvolgens moeten er- van Justitie Herman Vanderpoorten spreken over de kindjes uit de derde wereld die geen rechten hadden. En mijn kind, vlak bij zijn deur, dacht ik, heeft dat wel rechten? Hij had het ook over het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Ik dacht, daar moet ik binnengeraken. Iedereen verklaarde me voor gek. Maar de rechtenstudenten die ik raadpleegde voor mijn journalistieke werk bezorgden mij de tekst van het Euro- protest voor ons allen heeft betekend rende landen aan, met name België en Italië, en dwong hen hun wetten op dit punt aan te passen. Bovendien leidde het Marckxarrest in veel Europese landen, waaronder Duitsland, Frankrijk en Groot-Brittannië, tot een vergelijkbare verbetering van de rechten van ongehuwde vaders en hun kinderen. De Belgische wetgever reageerde niet bepaald dy- namisch op de uitspraak in de Marckx-zaak. Pas acht jaar later nam het Belgisch parlement een wet aan die buitenechtelijke kinderen hetzelfde erfrecht toekende als kinderen van gehuwde ouders. Maar kinderen geboren voordat de wet in werking trad, zoals Alexandra, zaten nog steeds met lege handen. En daarom werd België in 1991 opnieuw veroordeeld. kennen en adopteren. Waarmee ze dan nog altijd minder rechten zou hebben dan een ‘wettig’ kind. Ik geloofde mijn ogen niet. De Vrederechter bleek een vriendelijke mevrouw. Ze gaf me direct gelijk, maar voegde er ook aan toe: de wet is de wet. Daar moest ik het mee doen. Diezelfde avond hoorde ik op het tv-journaal de toenmalige minister Pas in 1992, bijna 20 jaar nadat Paula haar strijd was begonnen, bepaalde het Belgisch Hof van Cassatie dat de Belgische wet aangepast diende te worden aan de Europese regels. Eindelijk werd de relatie tussen ongehuwde vrouwen en hun kinderen niet langer anders behandeld. Prof. dr. Caroline Forder, Bijzonder hoogleraar Rechten van het Kind aan de Vrije Universiteit Amsterdam pees Verdrag voor de Rechten van de Mens en ik begon te lezen. Zo stuitte ik op artikel 8 van dit verdrag, dat stelt: 1) Een ieder heeft recht op respect voor zijn privéleven, zijn familie- en gezinsleven, zijn woning en zijn correspondentie. 2) Geen inmenging van enig openbaar gezag is toegestaan in de uitoefening van dit recht. Dat is het, dacht ik. Nog enkel de 63