MAASTRO clinic | een eeuw radiotherapie in Limburg | Page 35
Elektromagnetische straling
en onder uitzending van alfa-, beta- en vaak ook gammastraling
proberen stabiel te worden. Daar gaan soms vele jaren overheen;
Elektromagnetische straling (EM straling) is alom in onze
de tijd waarin de helft van die activiteit vervalt, wordt wel
omgeving aanwezig en kan worden ingedeeld naar golflengte
halfwaardetijd genoemd. Radium is een voorbeeld van zo’n
of energie. De straling bestaat uit zogenoemde fotonen. Dit zijn
instabiel radionuclide. Het verliest in ongeveer 1600 jaar de helft
pakketjes energie die zich met de lichtsnelheid voortbewegen.
van zijn activiteit. Dat verval gaat gepaard met het uitzenden van
Radiogolven, maar ook het zichtbare licht zijn EM straling; deze
α-, β- en γ-straling. De α-deeltjes (straling) zijn helium kernen, de
hebben een lange golflengte en een lage energie. Röntgen- en
β-deeltjes (straling) zijn elektronen (β-) en de γ-straling bestaat
gammastraling hebben daarentegen een korte golflengte en een
uit fotonen (EM straling). Bij extern gebruik van radionucliden als
hoge energie, en zijn daardoor ioniserend. Het verschil tussen
stralingsbron is het vooral de γ-straling die voor het effect zorgt.
röntgen- en gammastraling zit hem niet in die energie, maar in
Het doordringingsvermogen van α- en β-straling is hiervoor te
de oorsprong van de straling. Röntgenstraling ontstaat vooral in
gering. Om daarvan wel effectief gebruik te kunnen maken, moet
elektronprocessen, bijvoorbeeld wanneer versnelde elektronen
het radionuclide