Leven is COMMUNICEREN is Leven Als ELK Woord Telt | Page 50

Scoring HABITSlab (2004) geeft twee manieren om de URICA te scoren. Ik pas ze allebei toe om te kijken of de resultaten met elkaar overeenstemmen. Op deze manier kan ik de testresultaten controleren. De testitems behoren tot vier van de zes fasen van het transtheoretische model en zijn dus te verdelen in vier subschalen. - Voorbeschouwing: 1, 5, 11, 13, 23, 26, 29 - Overpeinzing: 2, 8, 12, 15, 19, 21, 24 - Actie: 3, 7, 10, 14, 17, 25, 30 - Gedragsbehoud: 6, 16, 18, 22, 27, 28, 32 Het is de bedoeling dat we de items van elke subschaal optellen en de som delen door zeven. Zo krijgen we van elke subschaal een gemiddelde. Om de bereidheid te verkrijgen moeten we de gemiddeldes van overpeinzing, actie en gedragsbehoud optellen. Vervolgens verminderen we dit met het gemiddelde van de voorbeschouwing. De uitkomst komt overeen met een bepaalde fase waarin de persoon zich zou bevinden: - ≤ 8 is de voorbeschouwingfase - 8 – 11 is de overpeinzingfase - 12 – 14 is de actiefase Er is ook nog een tweede manier van interpretatie. Hiervoor zijn de testitems eveneens verdeeld in vier subschalen, net als bij voorgaande scoring. De items van elke subschaal worden hier opgeteld. Deze score zetten we om naar een T-score. Als we voor elke subschaal een T-score hebben gevonden, kunnen we dit in een grafiek plaatsen. Op deze manier kunnen we zien in welke fase iemand zich bevindt. 50