Interne Geneeskunde Maastricht - MUMC | Page 118

voornaamste onderdelen: infectieziekten, geriatrie, vasculaire geneeskunde en acute geneeskunde. Deze onderdelen hebben zich zelf ook weer steeds verder ontwikkeld en uiteindelijk zelfs opleidingsbevoegdheid gekregen. Ondanks deze vorm van verzelfstandiging bleven zij deel uitmaken van de AIG. Het gezamenlijk belang werd immers nog steeds gevonden in het onderwijs en deels in het werk op de EHBO en tijdens consulten. Patiëntenzorg Het zwaartepunt van de AIG-patiëntenzorg is in de laatste drie decennia zoals overal in Nederland van de kliniek naar de Professor dr. C.D.A. Stehouwer, hoofd AIG. mensen bestonden, ging het gevoel van één grote interne afdeling nog niet verloren. Tijdens het ochtendrapport en stafvergaderingen was er nog voldoende saamhorigheid om van één afdeling te kunnen spreken. De ontwikkeling van de AIG polikliniek verschoven. Dat bracht wel problemen met zich mee omdat de AIG op de polikliniek vaak voor de eerste opvang zorgt van patiënten met een nog ‘ongedifferentieerd’ klachtenpatroon. Gegeven de toenemende specialisatie die zich binnen de AIG openbaarde, was het soms lastig om internisten te vinden die volledig ingezet konden, of wilden worden bij de primaire opvang van deze patiënten. Dit leidde ertoe dat er met allerlei modellen is geëxperimenteerd om de zorg zo optimaal mogelijk te laten verlopen. Zo is er een triage-systeem ingevoerd op de polikliniek De AIG-internisten hadden enkele specifieke taken. Zo hielden zij waarin de AIG een belangrijke rol speelde. Op basis van de zich vooral bezig met consulten, de acute opvang van patiënten verwijsbrief werden de patiënten bij die internist afgesproken op de Spoedeisende Hulp (SEH; toen nog EHBO geheten), de van wie verwacht mocht worden dat hij of zij de betreffende zorg voor patiënten op de Intensive Care en de ouderenzorg. problematiek het best kon behandelen. Om de toenemende stroom Vanaf het begin van het ontstaan van de werkgroep vormden aan verwijzingen met een relatief kleine formatie aan te kunnen, thuisconsultaties bij geriatrische patiënten een belangrijk onderdeel werd de organisatie van de polikliniek ook geregeld aangepast. van het werk. Ook de infectieziekten vielen binnen het takenpakket Zo werd een zogenaamde short-loop poli ingesteld voor patiënten van de werkgroep. Dit bleek van groot belang toen het azM in 1991 waarvan verwacht werd dat die na hooguit twee consulten weer werd aangewezen als centrumziekenhuis voor de behandeling terugverwezen konden worden. Lange tijd heeft de AIG in de van aids. Tot slot mag niet onvermeld blijven dat de AIG in de polikliniekcommissie een leidende positie gehad en een sleutelrol persoon van dr. Peter Pop ook betrokken was bij het toenmalige vervuld bij de implementatie van de hier beschreven modellen. (transmurale) diagnostisch centrum. De klinische patiëntenzorg van de AIG heeft zich altijd afgespeeld In de periode van 1991 tot heden, dus vanaf de verhuizing op de afdelingen B5 en de Intensive Care. De ontwikkelingen vanuit de stad naar het huidige universitair-medische complex, die zich hier hebben voorgedaan volgen in grote lijn die welke is er in de taken van de AIG weinig veranderd. Wel zijn allerlei zich landelijk manifesteerden. Omdat er bij de opgenomen uitvoeringsaspecten geregeld tegen het licht gehouden en, patiënten veelal sprake is van multimorbiditeit is het nog wel eens waar nodig, gemoderniseerd. Ook was al snel duidelijk dat nodig vertegenwoordigers van andere specialismen in consult niet elke internist van de AIG voldoende toegerust was om in te vragen. Vanwege de toenemende differentiatie binnen het alle taken van de werkgroep te excelleren en zo ontstond er vakgebied Interne Geneeskunde betreft dit ook steeds vaker zelfs binnen deze ene werkgroep verdere differentiatie met als andere subspecialismen. Het kan niet ontkend worden dat dit Algemene Interne Geneeskunde. 117