De eerste internisten
in Maastricht
Harry Hillen
Het begin van de interne geneeskunde
In de geschiedenis van de geneeskunde is het denken veel later
op gang gekomen dan het doen. Die volgorde is ook op meerdere
momenten in de geschiedenis van de interne geneeskunde in
Maastricht herkenbaar. Het Calvariënbergziekenhuis in Maastricht
had rond 1880 al een uitstekende naam als chirurgisch centrum
lang voor de vestiging van de eerste internist in Maastricht in 1910.
Later in 1984 kreeg de afdeling Interne Geneeskunde van het
academisch Ziekenhuis Maastricht pas zijn academische status,
bijna tien jaar na de academisering van de heelkunde.
Lang nadenken, wikken en wegen en daarna pas iets of niets doen
zijn nog steeds kenmerken die velen aan internisten toedichten.
De huidige ontwikkeling van de Kliniek Interne Geneeskunde
in Maastricht laat zien dat de bezadigde fase al lang voorbij is.
Daarover later, nu eerst de geschiedenis.
Het vakgebied Interne Geneeskunde is ook relatief laat in de
medische geschiedenis tot ontwikkeling gekomen. De oprichting
van de Duitse ‘Verein für Innere Medizin’ in februari 1880
wordt algemeen beschouwd als het officiële begin van het
specialisme interne geneeskunde. Daarvoor waren in Berlijn en
Göttingen de fysiologie, de celpathologie en de klinische chemie
Het hoofdgebouw van het ziekenhuis Calvariënberg Maastricht rond 1920.
Voor de ingang het koetsje van Dr. Overbosch?
als fundamenten voor de interne al gelegd. Voor de Tweede
Wereldoorlog werd de interne geneeskunde in Nederland bepaald
door de Duitse, vooral de Berlijnse, school. Men sprak toen ook
nog van Inwendige Ziekten. Na de oorlog zou de Duitse leest
internisten J.C.L. Overbosch, A.H.J. Hintzen en Ch. Mendes de
Leon voor.
van Innere Medizin verlaten worden voor de Amerikaanse Internal
Medicine. Inwendige Ziekten werd toen Interne Geneeskunde.
Professor Samuel Rosenstein werd op voorspraak van de fysioloog
Donders en van minister Thorbecke in 1865 als hoogleraar
geneeskunde in Groningen benoemd om de Duitse interne
naar Nederland te brengen. Rosenstein was een leerling van de
beroemde patholoog Rudolf Virchow en van de Berlijnse clinicus
Ludwig Traube. Willem Nolen en Pieter Pel, de latere hoogleraren
en grondleggers van de interne geneeskunde in Nederland, werden
opgeleid door Rosenstein.
In Nederland was de formele erkenning als internist pas mogelijk
na de instelling van de Specialisten Registratie Commissie in 1933.
Twee jaar daarvoor was op 29 november 1931 de Nederlandsche
Internisten Vereeniging opgericht. In 1933 werden 80 artsen die
zich vooral hadden toegelegd op de diagnostiek en de behandeling
van inwendige ziekten retrograad geregistreerd als internist. Op de
10
lijst van deze ‘protointernisten’ komen de eerste drie Maastrichtse
Inwendige ziekten in het ziekenhuis Calvariënberg
(1891-1914)
In 1891 werd de trots van Maastricht het ziekenhuis Calvariënberg
geopend. Het nieuwe Ziekenhuis Calvariënberg aan de Abtstraat
werd als een van de modernste ziekenhuizen in Nederland
beschouwd. Daarvoor had de geneesheer-directeur en chirurg
Dr. Lambert van Kleef gezorgd. Na bezoeken aan voor die tijd
moderne ziekenhuizen in Duitsland en België had hij gekozen voor
het ontwerp van een paviljoenziekenhuis. Het nieuwe ‘Clevarie’ was
bij uitstek een chirurg isch ziekenhuis met een ruime operatiezaal en
voorzieningen voor desinfectie. In dit ziekenhuis werd in 1896 de
eerste röntgenfoto in Nederland gemaakt. Naast de ‘chirurgische
bedden’ namen de epidemische afdeling voor infectieziekten en de
psychiatrische afdeling met de weinig verhullende naam ‘gesticht
voor krankzinnigen’ een bijzondere plaats in binnen Calvariënberg.
In de jaarverslagen van Calvariënberg tot en met 1909 worden de
inwendige ziekten niet apart genoemd. Alle patiënten worden tot dan
toe behandeld door of onder supervisie van de geneesheer-chirurg.
| Kirsten Aaldering | Maureen Aarts | Sylvia Aarts | Doris Abbema | Abdul Fatah | Robin Ackens | Paul Ackermans | Rob Adang | Joyce Akse | Teba Alnima | Franklin Anastacia |