Het Verband 2014-1 | Page 10

10 PRAKTIJK Deden er voor Vinca 1 nog heel wat producenten mee van software, voor Vinca 2 was de belangstelling uit die hoek fors geluwd. Dit kwam mede door de verplichting om MyCarenet te integreren in de softwares waardoor tijd (en financiële middelen ? – software producenten ontvangen hiervoor geen vergoeding ) ontbrak voor dit tweede project. Er deden hoodzakelijk grote organisaties (zoals Wit-Gele kruis) aan mee. De resultaten van dit project moeten dus bekeken worden met dit in het achterhoofd en zijn dus minder relevant voor de zelfstandig verpleegkundige. Het volledige eindverslag van Vinca 2 kan je trouwens vinden op de riziv-site. Geen avondlectuur maar toch een aanrader voor iedereen in het beroep. (http:// www.riziv.fgov.be/care/nl/other/infirmiers/information-topic/vinca/index.htm) Het volledige verslag weergeven zou hier teveel plaats innemen. Maar toch willen we een aantal boeiende resultaten vermelden. Zo blijkt dat de grootste dooddoener de levensduur van de batterij was. Hier ook moet je rekening houden dat de toestellen van pakweg 2 a 3 jaar geleden meer energie verbruikten dan nu. De meeste toestellen waren toen een UMPC. Dit is een kleine (dure) computer met ingebouwd e-id reader meestal gebruikt door genoemde grote organisaties en niet bepaald energiezuinig. Uit de rondvragen blijkt dat er nog heel wat problemen zijn met synchronisatie, antwoordtijden, foutmeldingen. De verpleegkundige moet een zekere opleiding hebben voor de mobiele software (minsten 6u) om vlot te 1STE KWARTAAL | 2014 werken of te anticiperen (lees omzeilen) van bepaalde problemen. De ‘Vinca’ -verpleegkundigen verlangen ook naar een groter scherm (voor wie de PDA gebruikte) en een lichter toestel (voor wie de UMPC in gebruik had). Men vermeld toen reeds de Ipad als ‘ideaal’. De patiënt zou er, toch volgens het verslag, vrij vlug aan wennen om zijn (toen SIS) nu E-id kaart klaar te leggen. Er moet een zekere mentaliteitswijziging komen van de patiënt, maar dit zou vrij vlot lukken. Er wordt wel melding gemaakt dat de kaarten sneller slijten en dat dit kosten meebrengt voor de patiënt. Er is een zeker tijdverlies door het inlezen van de kaart, en daardoor hebben een aantal verpleegkundigen afgehaakt. Maar er zijn ook voordelen. Zoals reeds aangehaald : correct inlezen van patiëntnaam en nationaal nummer, wat dan een verzekerbaarheidscontrole mogelijk kan maken. Alhoewel het verschil in populatie tussen Vinca1 en Vinca2, en een onderbevolking van het Franstalige landsgedeelte het evalueren bemoeilijkt, stelt men vast dat 83% van de deelnemers tevreden waren. (Dit waren echter meestal loontrekkenden) Het algemeen besluit is dat na verloop van tijd een gewenning ontstaat en minder argwaan is tegen de informatisering. En alhoewel de kinderziektes verminderd zijn (?), er toch nog een lange weg moet afgelegd worden. Zoals reeds gezegd, het volledige verslag bevat wat meer cijfermateriaal en uitleg en moet je zeker eens doornemen.