FiB NR3 2018 FIB_NR3_18_COMPLEET | Page 12

8 Tieleman is eigenaar van de Euromast en de restaurants van Jamie Oliver in Nederland, België en Duitsland. Hij verklaart zijn succes eenvoudig: ‘Ik ben goed voor mijn mensen en lever kwaliteit en service. En ik ben ondernemer in de horeca. Dat is wat anders dan een horecaondernemer.’ Dat was ook in de periode dat mijn zoon van dertien maanden een koortsstuip kreeg en daar niet goed uit kwam. We ontdekten later dat hij daardoor licht verstandelijk gehandicapt is geworden. Niets was meer belangrijk voor me en ik zat maanden in de put. De term burn-out bestond nog niet, maar ik had er eentje.’ Gezin met zes kinderen op een flat Tieleman werd in 1958 geboren en groeide op in Rotterdam-Zuid. In een gezin met zes kinderen. ‘We woonden in een flat aan de Ellemare in Zuidwijk, sliepen in stapelbedden en deelden een bureau. In mijn beleving was het best ruim, maar toen ik later nog eens ging kijken, vroeg ik me af hoe we dat in hemelsnaam hebben gedaan.’ Slavinken ‘Mijn vader was hoofd van een school en mijn moeder onderwijzeres. We hadden het op zich dus niet slecht, maar hij gaf gewoon te veel geld uit. Hij hield van fotografie en muziekinstallaties en kocht apparatuur die we ons eigenlijk niet konden veroorloven. Ja… Dat zorgde voor spanningen. Dan aten we weer drie maanden slavinken en verdiende mijn vader bij als examinator.’ Dan lachend: ‘Hij was ook elk jaar verrast door die blauwe enveloppe van de Belastingdienst…’ Goed voor mensen Nadat hij er eerst een aantal jaren in loondienst werkt, neemt Tieleman in 1979 KE Expeditie over. Dat wordt onder zijn leiding al snel succesvol. ‘Ik begon alleen, als makelaar in vracht, maar we eindigden met 40 mensen. Ik had ook een andere strategie dan de andere expediteurs. Ten eerste gaf ik mijn mensen waar ze recht op hadden. In die tijd was het in ons vak heel raar dat je van halfnegen tot halfzes werkte. Mensen bleven overal tot negen uur, halftien. De bazen lieten dagelijks tien, twintig mensen urenlang onbetaald overwerken. Kun je nagaan wat die gasten extra in hun zak staken. Ik gaf ze een goed salaris en vond het leuk dat ze in een auto van de zaak reden. Zo kreeg ik de beste mensen. Daarnaast heb ik me altijd geconcentreerd op grote opdrachtgevers zoals Coca-Cola, Grolsch en Siemens. En namen brengen namen. Zo is het nu nog.’ Winnend zinnetje ‘Michel Paulussen en ik deden de koude acquisitie. Dan pakten we het Duitse Grosshandelbuch der Industrie en belden alle bedrijven in Hamburg waarvan we dachten dat ze wat te vervoeren hadden. We hadden één winnend zinnetje… Daar begonnen we gelijk het gesprek mee: “Wir sind täglich mit LKWs in deiner Nähe und fahren täglich leer nach Hause. Kommt bei Ihnen Ladung nach Holland oder Frankreich vor?” We reden immers dagelijks met bloemen en groenten naar Duitsland en moesten dan leeg terug. In ieder mens schuilt een kruideniersmentaliteit. Zeker in Duitsers…’ Beter dan verwacht ‘Dus zo’n vent kroop dan bijna door de telefoon, want die wist dat we hem een goede aanbieding zouden doen en zo voor zijn bonus zouden zorgen. Dan ging ik bij die klanten op bezoek en direct na de afspraak belde ik in de auto mijn secretaresse om de prijzen door te geven. Nog geen half uur nadat ik vertrokken was, had de klant zijn offerte al op de fax. Als je bij een Duitser iets doet dat eigenlijk beter is dan hij verwacht, dan scoor je. In bijna alle gevallen konden we direct voor ze aan de slag.’ Burn-out Het harde werken, het succes, de veranderende omstandigheden in de transportbranche én een heftige wending in het leven van zijn zoon eisten hun tol. ‘Het expeditievak was onbetrouwbaar geworden’, zegt Tieleman. ‘Voor 25 euro werd je door bedrijven waar je jarenlang voor werkte aan de kant gezet. Ik blokkeerde. Stond hier beneden bij de lift en kon gewoon niet meer naar boven. Toen ben ik thuis gaan zitten huilen. Beste vriend ’Michel Paulussen, acquisiteur bij KE en mijn beste vriend, vroeg me wat ik eigenlijk wilde. Ik gaf aan de zaak te willen verkopen. Maar hij zei dat híj het bedrijf wilde gaan leiden. Ik was wel bang dat hij dan ook down the drain ging, maar hij had niet de emoties die ik had. Hij beloofde dat ik me dan nooit meer met KE Expeditie zou hoeven bemoeien en zo is het ook gegaan. Hij leidt het bedrijf nog steeds en dat gaat uitstekend.’ Geen ervaring, wel plezier ‘Toen heb ik mijn plezier gevonden in de horeca terwijl ik geen enkele ervaring in die branche had. Ik was al wel gek van lekker eten en drinken. Dat heb ik van mijn moeder. Ik ging destijds met mijn broer, die bij een reclamebureau werkte, wat drinken bij Loos en hoorde dat die zaak te koop was. Ik zag direct al dingen die beter konden. Zo vonden de toenmalige eigenaren het bijvoorbeeld niet gepast dat je met een creditcard kon betalen. Dat was iets voor patsers...’ Van Coque naar Kip ‘Met dat soort gedachten kan ik helemaal niks. Later kochten we het befaamde restaurant Coque d’Or waar alle Rotterdamse notabelen kwamen. Ik veranderde die naam in Kip. Nou, dat is me door de upper ten in de stad niet in dank afgenomen. Ze voorspelden allemaal dat Kip geen lang leven beschoren zou zijn. Maar ook dat is goed gegaan. En in Loos hadden we binnen een jaar de omzet verdubbeld. Ja, hoe? In elk geval door gewoon beleefd en minder joviaal tegen gasten te zijn en goede kwaliteit te leveren.’ Zakelijke scheiding Tieleman en zijn broer bouwden samen een horeca-imperium op. Na Loos volgden Blaeu in de Oude Haven, het Westerpaviljoen, Kip in het Scheepvaartkwartier, Parkzicht, Hotel New York, Wijnhandel Van Otterloo en Lulu. De zaken gaan voortvarend. Maar in 2014 eindigt de samenwerking tussen de broers. ‘Ik heb hem uitgekocht en onze wegen zijn gescheiden, zoals dat he