21
Ze leek hard op weg naar een loopbaan in de topsport.
Maar toen ze een spier in haar rug scheurde, kon haar
ambitie als judoka direct de prullenbak in. Esmé de Smit
(40) begon vervolgens in de schuldhulpverlening. Maar ze
bleef haar hart volgen en veranderde opnieuw van koers.
Dit keer vr ijwillig.
Inmiddels heeft ze twee eigen winkels én een florerend
bedrijf dat lifestylemarkten organiseert in binnen- en
buitenland. Al dat werk combineert ze met het
moederschap van drie jonge kinderen. ‘Soms is het best
moeilijk om al die balletjes omhoog te houden.’
Blik op scherp
Esmé de Smit weet wat ze wil. Geen groot toekomstplan op papier,
maar de plannen die in haar opkomen voert ze absoluut niet half uit.
Haar bedrijf SHPPR Events is actief in binnen- en buitenland, er
zitten mensen op kantoor, er staan mensen in haar twee winkels.
Wat ze doet, gaat ver voorbij het vrijblijvende creatieve bestaan. De
Smit is een zakenvrouw met de blik op scherp.
Olympische droom
Dat had ze in haar tienerjaren nooit verwacht. De Smit was judoka,
zat in het Nederlands team, lonkte naar EK’s, WK’s en misschien
zelfs de Olympische Spelen. ‘Maar dat eindigde van de ene op de
andere dag’, vertelt ze in een grand café in hartje Rotterdam. ‘Ik
raakte geblesseerd in een trainingspartijtje, scheurde een spier in
mijn rug. Het was meteen klaar.’
Plan B
Een keiharde klap, maar ze krabbelde op. Plan B! De Smit wilde iets
betekenen voor de samenleving. ‘Ik ging met drugsverslaafden
werken, deed een tijdje schuldhulpverlening’, gaat ze verder. ‘Een
autootje van de zaak, een laptopje van de zaak, afspraken in het
hele land. Heel volwassen werk eigenlijk. Ik was in die tijd ook
behoorlijk loopbaangericht.’
Wéér zo’n zeikerd
Het werk ging haar goed af. ‘Maar op de dag dat ik dacht dat er wéér
zo’n zeikerd voor me zat, ben ik meteen gestopt. Ik had er gewoon
helemaal geen zin meer in. Mijn manager zei: “Wat ga je doen, ik heb
mooie plannen met je in dit bedrijf!” Maar ik wilde écht niet meer.
Het was me tegen gaan staan.’
Zo’n leuk werk
‘Ik deed in die tijd ook al modellenwerk. Tijdens opdrachten kwam ik
vaak met stylisten in aanraking. Dat vond ik zo’n leuk werk dat ik dat
zelf ook ging doen. Het ging al snel goed. Mijn toenmalige man had
een goede baan, dus ik kon ook wel ontslag nemen als schuldhulpverlener. Ik wist toen al dat ik styliste wilde worden, nam een
part-time baantje in een kledingwinkel en deed ondertussen de
styling voor bands als Rigby en partijen als de politie en ABN Amro.
Ik had mijn draai helemaal gevonden.’
In een flits bedacht
Ergens in die tijd las ze in het tijdschrift Elle een stukje over het
verkopen van kleding in gymzalen in New York. ‘Ik dacht meteen:
“Wat is dát tof! Waarom gebeurt dat hier in Nederland niet?”’
In een flits bedacht De Smit daarna een nieuw Rotterdams fenomeen: de Mode Marchè, een indoor-markt waarop jonge, hippe
ontwerpers hun kleding aanbieden. De eerste editie in de Rotterdamse Arminius Kerk werd meteen een succes. De beurs groeide
daarna door, tot edities in de Kunsthal en het Hilton Hotel aan toe.