55
JAN D. SWART MET DE‘ AAI-KOE’. aanmeren, 19 augustus 1991, was er een staatsgreep in Moskou. Het gerucht ging dat Michail Gorbatsjov op de Krim gevangen was genomen. Alle grenzen gingen dicht. Rusland was in rep en roer en de territoriale wateren moesten uit voorzorg per internationaal decreet worden vermeden. En wij lagen voor de Russische kust. Ik heb Coen Moulijn nog nooit zo in paniek gezien toen de boot met volle kracht naar Zweden uitweek. Na twee dagen hadden Boris Jeltsin en het leger de coup hersteld en was de kust weer veilig. Toen moest er aardig wat witte wijn aan te pas komen om Moulijn zover te krijgen de volgende ochtend in Leningrad van boord te gaan. Hij was wel een held, maar meer één op sokken. Hij verliet het schip niet.’
Wanneer kwam er voor jou een einde aan FRIENDS IN BUSINESS?‘ Ik denk op de helft van z’ n bestaan. Het magazine startte ongeveer tegelijk met Punt Uit. Dat was het sjieke uitgaansblad waaraan ook een vleug cultuur zat. Jan Smit was er eigenaar van en we beten elkaar totaal niet. Sterker nog: we kenden elkaar niet eens. De adverteerders van Punt Uit kwamen uit de stad, die van FRIENDS uit de haven.’
Waarom dan gestopt?‘ Sjaak Troost was rond 1993 al in vaste dienst getreden bij Feyenoord en ik zat met andere bladen midden in de computerhausse. Het was de starttijd van e-mail en het einde van de tekstverwerker. Alle zichzelf respecterende computerbedrijven wilden wel een eigen blad en ik had daarnaast ook nog’ t Betere Leven en de Feyenoord Krant. We zagen met een klein team door de bomen het bos niet meer. In elk geval had ik geen tijd meer voor de community en na zes cruises was men op dat vlak ook wel vol gegeten. Toen hebben Jan Smit en ik het op een akkoordje gegooid.’
dood gered. Elke morgen als ik mijn hond uitliet, kwam dat jonge beestje vriendelijk snuffelend naar het gaas. Prompt dié morgen staat de boer te handjeklappen met de slager. Het ging om 250 gulden. Ik dacht: dat laat ik niet gebeuren. Ter plekke kocht ik het beest voor een meier meer. Maar toen moest ik haar wel gelijk meenemen. Niet wetend dat Jan Smit, die ik alleen maar aan de telefoon had gehad, lid was van de Dierenbescherming. Die vond dat prachtig. We hadden gelijk een klik.’
En die koe?‘ Nou ja, een vaars wordt een volwassen koe. Wel de enige die naar haar naam luisterde. Klorus. Dus als ik hem’ s zomers in het weiland riep kwamen er honderd van een andere boer achter haar aan. Ze werd voor al m’ n klanten een bezienswaardigheid. Tot mijn vrouw terug wilde naar de stad. Toen zat ik ineens met dat beest in m’ n maag. Dankzij bemiddeling van Koos Postema heb ik haar toen zelf op een dag naar het koeienrusthuis in Zandhuizen gebracht. Daar is ze jaren later netjes van ouderdom gestorven.’
Hoe kijk je nu tegen het magazine aan, anno 2017?‘ Het is lekker dik. Dikker dan ooit. Ik zie bovendien dat de zakenwereld parallel aan het blad, dus naast print, zich óók met bewegend beeld en daarbovenop via de digitale route kan afficheren. De business is verbreed. Het magazine ademt de geest van de nieuwe snelle tijd. Met goedgeklede Alfa’ s. Met grote swingende foto’ s. Zelfs de hoofdredacteur wandelt levensgroot je huiskamer in. Korte verhalen ook, aangepast aan het nieuwe mobiele lezersgedrag. Ik benutte elk stukje wit om er tekst in te wringen. Maar de teletijdmachine heeft dat allemaal achterhaald.’
TEKST: FRANK VIJG FOTO’ S: ARCHIEF
Klopt het dat een koe een belangrijke rol speelde in die deal?‘ Min of meer wel. We hielden destijds kantoor in Maasdam, verborgen tussen de boerderijen. De naam was toepasselijk: Fort Laurel. Op de dag dat Jan kwam praten had ik net een vaars van de