FIB NR130 2021 | Page 16

14
Nooit klaar Herman herpakte zich ook , vanuit zijn ondernemershart : ‘ Je wordt ook geen ondernemer , je bént het . Het zit gewoon in je . Zodra ik maar vóél dat ik in een comfortzone terecht kom , word ik onrustig . Dat vind ik saai . Ik tem die onrust met m ’ n ondernemerschap . Dat gaat nooit over . En ondernemen is nooit klaar . Dat maakt het leuk , maar het is , als ik eerlijk ben , ook een last , voor mezelf en misschien nog wel meer voor m ’ n omgeving .’
Verslaafd aan groei ‘ Gelukkig is het wel zo : hoe langer je het doet , hoe makkelijker het wordt . Je wordt er op den duur zelf beter in , je krijgt steeds betere mensen om je heen , je kunt steeds meer mensen met één telefoontje bereiken , en daar word je zelf wéér beter van . Zo probeer ik het elke keer weer beter , leuker , groter , mooier te maken . Dat is ook het verslavende aan groei , dat je blíjft geloven dat dingen beter kunnen .’ ‘ Mijn ervaring , met name in de laatste jaren , is dat je rustiger moet worden om meer risico te kunnen nemen . Anders ben je zelf het risico . Bij mij kwam die rust vooral doordat ik zelfverzekerder ben geworden , meer lef heb gekregen .’
Roemloos ten onder ‘ Ja , natuurlijk , we zitten ook wel eens mis . Kijk , wij kunnen goed dingen vanuit een niche naar een groter publiek brengen . Poké bowl is een goed voorbeeld . Voordat we die bij NRC gingen verkopen , gebeurde dat alleen in kleine poké bowl-winkeltjes . Gin-tonic ook , dat hebben we vanuit cocktailbarretjes naar het grote publiek gehaald . Maar datzelfde idee werkte bij superfood , groentes met hogere voedingswaarden , helemaal niet . Wij dachten dat het op doorbreken stond . Groots geïntroduceerd , maar na drie maanden roemloos ten onder .’
Op de korte baan ‘ Ik heb ook wel eens een baan gehad , hoor . Direct sales . Vijf maanden gedaan . Verschrikkelijk . Hoe moet ik het zeggen … Als je een wild dier in een kooi zet , wordt hij ongelukkig . Net als een getemd dier niet kan overleven in de wildernis . Het ene dier is niet betere dan het andere , maar of iemand tot zijn recht komt , hangt voor een heel groot deel af van de omgeving .’
Eén vrije dag ‘ Ik opende m ’ n eerste horecazaak in 2001 . Voor het eerst fulltime in de horeca . Voor het eerst een leidinggevende positie . Dat was best een grote stap . In het begin heb ik zeven dagen in de week gewerkt , van openen tot sluiten . ‘ s Ochtends de toiletten schoonmaken , ' s nachts de kas tellen . Na vijf maanden heb ik één dag vrij genomen . Ja , ik ben die dag nog wel even gaan kijken , haha , of het allemaal goed liep voor de gasten . Als ik nou héél eerlijk ben : ik voelde die ene vrije dag tóen als een groter risico dan nú de aankoop van het hele Westerpaviljoen .’
Schippersinternaat ‘ Ondernemen is in onze familie wel de standaard . Ooms , tantes , opa ’ s , oma ’ s , mijn ouders : iedereen was ondernemer of zelfstandige . Mijn vader en moeder zaten in de binnenvaart . Ze woonden aan boord , hadden niet eens een huis . Ja , dat betekende toen opgroeien in een internaat . In het centrum van Rotterdam .’ ‘ Hoe was dat ? Ik wist niet beter dan dat andere kinderen door hun ouders van school werden opgehaald en ik terugliep naar het internaat . Ik zeg tegen m ’ n kinderen wel eens : “ Jullie groeien voor het eerst in een gezin op , maar ik ook …”’

‘ Elke maand dat ik dicht ben , kost straks drie tot vijf maanden om de schuld in te halen ’

Trotse vader ‘ Nou ja … Ik denk dat mijn vader het nu wel tof vindt om te zien hoe het gaat . Maar ook wel met zorgen hoor , in de coronatijd . Dan ben ik eigenlijk rustiger dan hij . Maar wat wel zo is : je hebt aardig wat opgebouwd en het kan zo maar weg zijn . Ik heb in het afgelopen jaar gemerkt dat ik ook maar een pionnetje ben in een heel groot spel . Toen we net gesloten waren , wisten we helemaal niks , hè . Nu zijn die steunmaatregelen er . Niet voldoende , maar ze zíjn er , maar net na die sluiting was het allemaal heel onzeker .’
Tunnelvisie ‘ Zeker achteraf gezien heeft de politiek de horeca te veel en te lang als deel van het probleem gezien in plaats van als een deel van de oplossing . Ik ben ervan overtuigd dat we , op een veilige manier , veel eerder open hadden gekund . Maar ja , ze waren nou eenmaal een weg ingeslagen ...’
Leergeld ‘ Wat dat betreft zitten we in twee werelden . Als je als ondernemer een fout maakt , betaal je hem zelf . Dat heet dan leergeld . Zo groei je als ondernemer . Maar in de politiek heb ik heel weinig zelflerend vermogen gezien . En een grote afstand van de werkelijkheid ! In normale tijden viel me dat niet zo op , maar nu , in een crisissituatie komt dat wel pijnlijk aan het licht . Het motto was “ we doen het samen ”, maar zo is het gewoon niet gegaan , zeker niet voor de horeca , de cultuur , de jongens van de evenementen en de reisbranche .’
Schuld opbouwen ‘ Horeca-ondernemers bouwen nu ongeveer 20 procent van hun gemiste omzet als schuld op . Dat gaat bij mij best wel om veel geld . Hoe ik dat zo lang kan volhouden ? Heel simpel , omdat we een deel van wat we tekortkomen bij de Belastingdienst opbouwen als schuld . En bij de huurbazen : de meesten hebben echt meegewerkt , maar ook daar bouw ik elke maand schulden op . Dat moet wel een keer terug …’
Bange banken ‘ Daarom heeft de horeca nog relatief weinig faillissementen . Iedereen bouwt overal schuldpotjes op . En de banken zijn hun positie kwijt omdat de Belastingdienst , als het er echt om gaat spannen , voorgaat op alle andere schuldeisers . Dus een bank laat niet zo makkelijk meer een ondernemer vallen , want als zijn zaak omvalt , gaat alles wat er nog in zit naar de Belastingdienst .’
Terugploegen ‘ Elke maand dat ik dicht ben , kost straks drie tot vijf maanden om de schuld in te halen . We zijn nu dertien maanden dicht of beperkt open , dus ik reken op drie tot vijf jaar . Nou heb ik nog een paar jaar te gaan , dus ik loop dat wel weer in . Maar de collega ’ s die aan het einde van de rit zitten , die zijn hun pensioen kwijt en hebben niet meer de tijd om het terug te verdienen .’