91
COLUMN
Cees de Bruin als
voorbeeld en inspirator?
Elk jaar wordt in Rott erdam de D.G. van Beuningen-lezing gehouden: een bijzonder persoon
deelt zijn/haar afwegingen, twijfels en keuzes om de stad tot voorbeeld en inspirati e te
zijn. In 2012 viel die eer te beurt aan de Rott erdamse miljardair Cees de Bruin.
Zijn glasheldere betoog begon met een verwijzing naar een voorwoord van D.G. van
Beuningen zélf in het jubileumboek ter gelegenheid van 40 jaar Feijenoord (1948).
Van Beuningen beschreef het proces naar de realisati e van het huidige Feyenoord-stadion
in 1937, waarin hij een bepalende rol speelde.
In de conclusie van zijn lezing stelde De Bruin dat Rott erdam ook zou moeten durven
teruggrijpen op wat de stad eens was: een samenleving waarin vertrouwen, verbondenheid
en verantwoordelijkheid de uitgangspunten waren.
In december 2012 trad Cees de Bruin toe tot de raad van commissarissen van
Stadion Feijenoord NV. Zeker toen hij daar later ook voorzitt er van werd, maakten veel
Rott erdammers een logische optelsom: Feyenoord koerste met volle kracht naar een nieuw
stadion en Cees de Bruin zou juist op die plek zijn woorden uit de lezing in daden omzett en.
Die kwesti e bereikt nu zijn kookpunt. De voetbalclub Feyenoord sprak zich eind 2018
defi niti ef uit voor het meest actuele stadionplan. De gemeente Rott erdam deed dat al
eerder. Nu is het zaak de fi nanciering te regelen. Hét moment voor Cees de Bruin om de
rol van Van Beuningen in een actuele vorm te gieten.
Pim Blokland is ondernemer,
investeerder, initiatiefnemer van de
Vrienden van Feyenoord,
zwerfkattenbeschermer
en volbloed Rotterdammer
Ondernemer Michel Perridon verwoordde dat als volgt: ‘Ze hebben mij benaderd, en velen
met mij, maar dat De Bruin meedoet, is een vereiste. Want ik ben rijk, maar hij is nog veel
rijker én voorzitt er van de raad van commissarissen.’
De huidige situati e laat aan duidelijkheid eigenlijk niets te wensen over. De voetbalclub
Feyenoord richt zich, begrijpelijk, op wat er, in een eventueel nieuw stadion, uiteindelijk
onder de streep overblijft om te investeren in de club. 25 miljoen euro per jaar is de
drempel, maar alles wat er meer in zit, helpt om de kloof naar Ajax en PSV kleiner te
maken.
Het aantrekken van een zo groot mogelijk eigen vermogen helpt daarin enorm.
Hoe minder rente en afl ossing, hoe beter het resultaat, hoe meer de club kan profi teren.
Daar ben ik nu met een aantal ondernemers uit het hele land over in gesprek: kunnen we
als aandeelhouders, dus ook met concrete invloed op de gang van zaken, instappen in het
nieuwe stadion?
Die bereidheid is er! Maar ook daarin is de rol van Cees de Bruin aan de orde. Wij
formuleren iets diplomati eker dan Michel Perridon, maar het komt wel op hetzelfde neer.
Op basis van wat Cees de Bruin zelf, in onvergelijkbare bewoordingen, in de stad heeft
neergelegd, zijn voorzitt erschap van de raad van commissarissen van het stadion én zijn
fi nanciële mogelijkheden, mag iedereen verwachten dat hij nu de eerste stap zet.
Zo kan ik eindigen met dezelfde woorden waarmee Cees de Bruin zijn Van Beuningen-lezing
in 2012 afsloot: ‘We hebben immers ook allemaal een gezamenlijke verantwoordelijkheid.
En die heet Rott erdam.’