FIB NR1 2019 FIB_NR1_19_COMPLEET | Page 95

91 COLUMN Cees de Bruin als voorbeeld en inspirator? Elk jaar wordt in Rott erdam de D.G. van Beuningen-lezing gehouden: een bijzonder persoon deelt zijn/haar afwegingen, twijfels en keuzes om de stad tot voorbeeld en inspirati e te zijn. In 2012 viel die eer te beurt aan de Rott erdamse miljardair Cees de Bruin. Zijn glasheldere betoog begon met een verwijzing naar een voorwoord van D.G. van Beuningen zélf in het jubileumboek ter gelegenheid van 40 jaar Feijenoord (1948). Van Beuningen beschreef het proces naar de realisati e van het huidige Feyenoord-stadion in 1937, waarin hij een bepalende rol speelde. In de conclusie van zijn lezing stelde De Bruin dat Rott erdam ook zou moeten durven teruggrijpen op wat de stad eens was: een samenleving waarin vertrouwen, verbondenheid en verantwoordelijkheid de uitgangspunten waren. In december 2012 trad Cees de Bruin toe tot de raad van commissarissen van Stadion Feijenoord NV. Zeker toen hij daar later ook voorzitt er van werd, maakten veel Rott erdammers een logische optelsom: Feyenoord koerste met volle kracht naar een nieuw stadion en Cees de Bruin zou juist op die plek zijn woorden uit de lezing in daden omzett en. Die kwesti e bereikt nu zijn kookpunt. De voetbalclub Feyenoord sprak zich eind 2018 defi niti ef uit voor het meest actuele stadionplan. De gemeente Rott erdam deed dat al eerder. Nu is het zaak de fi nanciering te regelen. Hét moment voor Cees de Bruin om de rol van Van Beuningen in een actuele vorm te gieten. Pim Blokland is ondernemer, investeerder, initiatiefnemer van de Vrienden van Feyenoord, zwerfkattenbeschermer en volbloed Rotterdammer Ondernemer Michel Perridon verwoordde dat als volgt: ‘Ze hebben mij benaderd, en velen met mij, maar dat De Bruin meedoet, is een vereiste. Want ik ben rijk, maar hij is nog veel rijker én voorzitt er van de raad van commissarissen.’ De huidige situati e laat aan duidelijkheid eigenlijk niets te wensen over. De voetbalclub Feyenoord richt zich, begrijpelijk, op wat er, in een eventueel nieuw stadion, uiteindelijk onder de streep overblijft om te investeren in de club. 25 miljoen euro per jaar is de drempel, maar alles wat er meer in zit, helpt om de kloof naar Ajax en PSV kleiner te maken. Het aantrekken van een zo groot mogelijk eigen vermogen helpt daarin enorm. Hoe minder rente en afl ossing, hoe beter het resultaat, hoe meer de club kan profi teren. Daar ben ik nu met een aantal ondernemers uit het hele land over in gesprek: kunnen we als aandeelhouders, dus ook met concrete invloed op de gang van zaken, instappen in het nieuwe stadion? Die bereidheid is er! Maar ook daarin is de rol van Cees de Bruin aan de orde. Wij formuleren iets diplomati eker dan Michel Perridon, maar het komt wel op hetzelfde neer. Op basis van wat Cees de Bruin zelf, in onvergelijkbare bewoordingen, in de stad heeft neergelegd, zijn voorzitt erschap van de raad van commissarissen van het stadion én zijn fi nanciële mogelijkheden, mag iedereen verwachten dat hij nu de eerste stap zet. Zo kan ik eindigen met dezelfde woorden waarmee Cees de Bruin zijn Van Beuningen-lezing in 2012 afsloot: ‘We hebben immers ook allemaal een gezamenlijke verantwoordelijkheid. En die heet Rott erdam.’