36
Als je aan de zijde van ’s lands grootste wielerheld ooit
de Mont Ventoux hebt mogen beklimmen,
is er geen weg meer terug.
Het blijkt eens te meer tijdens de beklimming van de Kale Berg als ik
moet pissen en Joop doodleuk doorfietst waar ik had verwacht dat hij
wel eventjes op me zou wachten. Tot mijn genoegen ging achter Joops
goedmoedigheid een onverwachte eigengereidheid schuil.
Ter voorbereiding op mijn ontmoeting met Joop las ik ademloos zijn
onvolprezen biografie Een Open Boek waarin ik begreep dat Joop als
kopman zelden opdrachten gaf.
tot kunstvorm verheven. In de beginjaren van zijn carrière werkte hij
‘naast zijn fiets’ als boer, timmerman en als onderhoudsmonteur in de
fabriek van zijn oom. Zijn overwinningen vierde hij die jaren veelal alleen,
omdat zijn ouders aardappelen moesten rooien. Tijdens de meest
succesvolle jaren van zijn wielerloopbaan ging het hem op privéterrein
bepaald niet voor de wind, maar niets of niemand weerhield hem ervan
te koersen. Er was geen arbodienst, geen GAK of UWV die Joop
Zoetemelk bijstond.
‘De meeste renners koersen om te kunnen leven, Joop leeft om te
kunnen koersen’, sprak vijfvoudig Tourwinnaar Jacques Anquetil ooit over
onze held wiens favoriete boek, hoe kan het anders, het Rondeboek was.
Zelfredzaamheid, loyaliteit, bescheidenheid, opofferingsgezindheid en
een grote liefde voor het métier zijn ankerpunten die ik eveneens herken
bij de tal van Rotterdamse ondernemers die ik heb mogen interviewen.
Daarmee gaan ze dwars tegen de richting in die de moderne tijd ons
oplegt: eigenliefde eerst, persoonlijke rijkdom op twee en een bronzen
medaille voor verwaandheid.
‘Ik legde inderdaad veel verantwoordelijkheid bij de jongens neer’, zo
legde hij uit in de Avondetappe, ‘ze moesten zélf nadenken… zélf de koers
lezen… onderling communiceren… en als ze dat niet konden of wilden,
waren ze gewoon niet goed genoeg…’
Als trotse redacteur van Friends in Business tekende ik woorden van
gelijke strekking uit de mond van menig Rotterdamse ondernemer op.
Negen van de tien waren self-made men die met niets waren begonnen
en met iets wilden eindigen. Een iets dat uiteindelijk hun levenswerk
moest worden. Receptuur? Gruwelijk hard werken, een eigenheimer
durven zijn en teleurstellingen kunnen verdragen. Motivatie halen zij uit
een sacrale bevlogenheid die van hogerhand moet zijn ingegeven. Het
blijft een hardnekkig misverstand, maar ondernemers die het uiterste van
zichzelf verlangen doen dit a priori ter meerdere glorie van hun bedrijf,
niet van zichzelf.
In aanloop naar de beklimming van de Mont Ventoux trok ik dagen
achtereen met Joop en diens Franse vrouw Dany op. Uit anekdotes bleek
hoe verrassend vaak hij ten overstaan van hoogwaardigheidsbekleders
regels en protocollen in de wind had geslagen. Per definitie weet iedere
wielrenner uit welke hoek de wind waait, ook in spreekwoordelijke zin.
Zoals de reeds aangehaalde self-made men had ook Joop zelfopoffering
Wij, gewone stervelingen van vlees, bloed, zweet, haar, haarstukjes,
onverdraagzaamheid en jaloezie, hebben sporthelden nodig om de
tragiek van het dagelijkse leven te kunnen trotseren. Dood, gemis, pijn en
verdriet worden voor een moment vergeten als sporthelden hun pijn
opofferen in ruil voor onze verering.
Bij een bescheiden, eigengereid karakter hoort echter ook een gezonde
mate van rebellie, maar alleen als een opdracht van hogerhand geen zin
heeft. Recalcitrantie moet een middel blijven, nooit een doel op zich.
Illustratief voor het Spookrijderskarakter van Joop is de anekdote uit
Olympia’s Tour van 1969…
‘Herman Krott, een Amsterdammer, was mijn ploegleider. Hij wilde per se
dat zijn kopman Fedor den Hertog de laatste etappe naar Amsterdam –
en daarmee Olympia’s Tour – zou winnen. Alleen miste Den Hertog de
beslissende slag, maar ik niet. Komt Krott naast me rijden en zegt ie:
“Je moet op Fedor wachten, hij is het best geklasseerd.” Antwoord ik:
“Als ik hem toch moet halen, kan ik hem beter tegemoet rijden, anders
duurt het nog langer.” Tot ieders stomme verbazing ben ik rechtsomkeert
gegaan en ben ik in tegengestelde richting naar het peloton gereden
hahaha…’
We zijn boven op de top van de Mont Ventoux. Voor een Spookrijder
pur sang slecht nieuws: als je aan de zijde van ’s lands grootste wielerheld
ooit de Mont Ventoux hebt mogen beklimmen, is er geen weg meer
terug. Zelfs niet in tegengestelde richting.