Fib magazine maart | Page 99

TOP IN TOWN DE MENS FRANCISCO ELSON, NBA-STER MET OVERLEDEN BROER ALS ULTIEM VOORBEELD Een hele grote Rotterdamse held Vergeet Rik Smits, de beroemde Nederlandse NBAbasketballer. Vergeet een Rotterdamse sportheld als Mark Huizinga, de gouden Olympische judoka. Vergeet, al is het maar heel even, zelfs Robin van Persie. Want dat verdient Francisco Elson. Om zijn ongelooflijke succes en om zijn levensverhaal. Maak vrij baan voor een hele grote Rotterdamse held. Het is 14 juni 2007, 19.05 uur. Locatie: de Quicken Loans Arena in het Amerikaanse Cleveland. Het geluid van een zoemer vult een uitzinnig stadion. Het is afgelopen. Totale ontlading volgt. De San Antonio Spurs hebben met een minimaal verschil de vierde opeenvolgende wedstrijd in de NBA-finals gewonnen en slepen de titel in de meest prestigieuze basketbalcompetitie ter wereld in de wacht. Spelers stormen het veld op, vliegen elkaar in de armen en huilen tranen van geluk. Te midden van het feestgedruis staat een jongen uit Rotterdam-West. Hij is in één klap de meest succesvolle Nederlandse basketballer ooit. Hij lacht, hij feest, maar in gedachten is hij ergens anders. Hij denkt aan zijn geboortestad. Zijn ouders. En vooral: aan zijn broer. Zeven jaar, acht maanden, en twee dagen later zit hij, Francisco Elson, als basketballer in ruste aan een tafel in één van zijn favoriete restaurants. Toeval of niet, maar de locatie linkt naar het land waar hij het grootste succes in zijn leven vierde: Hotel New York. Geluksmomenten als die van de avond van 14 juni 2007 kent hij, weliswaar in iets minder extatische vorm, in overvloed sinds hij weer terug is in zijn geliefde stad. Een wandeling over de Meent, een patatje bij Bram Ladage en een drankje in de Witte de Withstraat. Met een rugtas vol sportieve successen geniet hij nu van het alledaagse leven in Rotterdam. Zeker omdat de weg naar die successen geen geplaveide was. Het was een route vol hoge pieken en diepe dalen. Het is nu mission accomplished, wat hem rust geeft. Wat hem in staat stelt het gewone te waarderen. HET BEGIN Francisco Elson groeit op in de Rotterdamse Middellandsstraat als kind van een vader met een Chinese achtergrond en een moeder met een Hindoestaanse achtergrond. Niet direct de perfecte voorwaarden voor een geschikt basketballichaam. Zou je zeggen. Maar lengte zit de familie Elson in de genen, dus is kleine Francisco al snel niet zo klein meer en trekt hij met zijn acht jaar oudere broer Patrick naar het Henegouwerplein. ‘Daar begon mijn leven als basketballer’, vertelt Elson. ‘Ik volgde de voetstappen van mijn broer in alles. Dus ook richting het basketbalveld. Hij was een harde werker op het veld. Deed alles om te winnen. Was snel. Behendig. Zeker toen wij samen voor dezelfde club in Rotterdam gingen spelen werd hij mijn grote voorbeeld.’ Tot diep in de avond, soms zelfs tot in de nacht, spelen de broers Elson op het plein dat op steenworp afstand ligt van het ouderlijk huis. Een partijtje met anderen en als die er niet zijn, dan met elkaar. Eén tegen één. Elke dag weer. Totdat het noodlot toeslaat. Tijdens een basketbalwedstrijd krijgt Patrick een acute hartstilstand. De broer aan wie Francisco zich zo enorm optrekt, overlijdt. Het verlies slaat een groot gat in het leven van de jonge basketballer. Een gat, zo zegt hij nu vele jaren later, dat nooit op te vullen zal zijn. 'Obama zei: "Hé, big man, I know you! You're from the Netherlands"' De ingrijpende gebeurtenis lijkt eveneens het definitieve einde van zijn basketbaldromen. ‘Mijn ouders wilden niet meer dat ik zou basketballen. Ze waren doodsbang dat mij hetzelfde lot zou wachten als mijn broer. Ik stopte een tijd met spelen. Onder aanmoediging van onder andere mijn gymnastiekleraar op de Maria Regina Mavo begon ik op mijn vijftiende weer. Zonder dat mijn ouders het wisten. Toen ik in selectieteams kwam te spelen en mensen mijn talent begonnen te erkennen, moest ik mijn ouders er wel bij betrekken. Ik stond namelijk als 18-jarige jongen voor de keuze: ga ik naar Amerika, het beloofde basketballand, of niet?’ Het antwoord op die vraag is, na goedkeuring van zijn ouders, uiteindelijk een volmondige ja. Francisco laat huis en haard achter zich en vertrekt in zijn eentje naar de andere kant van de oceaan. Hij gaat spelen voor het basketbalteam van de Texaanse school Kilgore Junior College. Daar lijkt zijn grootste angst, en die van zijn ouders, werkelijkheid te worden. Onderzoek in een ziekenhuis wijst uit dat Francisco een lekkende aorta heeft. Oftewel, zijn hartklep sluit niet goed. De 97