TOP IN TOWN
COLUMN
ROB JACOBS
Eigen koers
Wat kan een mens zich soms vergissen… Een half jaar geleden, voordat het
voetbalseizoen 2014-2015 begon, schreef ik op deze plek dat Feyenoordtrainer Fred Rutten wel een clubicoon als Willem van Hanegem naast zich op de
bank kon gebruiken. Ik vreesde dat hij anders ten onder zou kunnen gaan aan
de druk en een gebrek aan draagvlak. Maar niets is minder waar! Fred blijkt een
toptrainer te zijn, die precies weet wat hij wil en zich van niemand iets aantrekt.
Hij vaart zijn eigen koers.
Zijn de toptalenten Jean-Paul Boëtius en Tonny Vilhena niet in vorm? Fred zet
ze op de bank, ook op een moment dat technisch directeur Martin van Geel het
liefst hun contracten wil openbreken en verlengen. Is aankoop Khalid Boulahrouz weer fit, maar vindt Fred de 19-jarige Rick Karsdorp beter? Dan speelt
Rick Karsdorp. Heeft Feyenoord drie rechtsbuitens in de selectie, waaronder
aankoop Bilal Basaçikoglu, maar is het voor het team beter dat middenvelder
Jens Toornstra op die positie speelt? Dan speelt Jens Toornstra daar. Niemand
die erover piept. Ook Martin van Geel niet, die toch een aantal spelers heeft
gehaald die nu lang niet altijd aan hun trekken komen.
Rob Jacobs is oud-trainer van onder meer Excelsior,
Feyenoord en Sparta, voetbalanalyticus voor
RTV Rijnmond en Feyenoord TV en ontving
in 2013 de Erasmusspeld
Een technisch directeur die zich niet met de opstelling bemoeit… Wat moet dat
heerlijk zijn! Toen ik trainer was van Feyenoord was dat wel anders. Hans Kraay
senior bemoeide zich werkelijk overal mee, op een manier die ik daarna nooit
meer heb meegemaakt. En dat terwijl ik in landen als Griekenland, Indonesië en
Saudi-Arabië toch met behoorlijk rare snuiters heb gewerkt. Continu kreeg ik
briefjes met opstellingen in mijn handen gedrukt van die gekke Kraay. “Die zou
je kunnen opstellen…” “Waarom speelt die niet?” Ik had met Kenneth Monkou
een getalenteerde centrale verdediger, maar omdat Kraay net John Metgod
voor vier jaar had vastgelegd, móést hij spelen in plaats van Monkou. En móést
hij, onder druk van Kraay, gekozen worden tot beste speler van het AD
Toernooi, dat we in de voorbereiding speelden. Ook kwam Kraay regelmatig het
trainingsveld oplopen, om iets te zeggen dat hij ook in de trainerskamer had
kunnen zeggen. Maar door dat op het trainingsveld te doen, voor het oog van
alle toeschouwers en camera’s, wilde hij de indruk wekken dat hij het voor het
zeggen had. Eén keer viel hij me zelfs aan over een bepaalde wedstrijd, terwijl
hij, zo begreep ik van een terreinknecht, om tien voor half drie het stadion had
verlaten. En die wedstrijd dus nooit had gezien!
Ik moet zeggen: van het spelletje had die Kraay best verstand, maar de manier
waarop hij mij als trainer in mijn hemd zette, was schaamteloos. Ik heb me dan
ook nooit door hem laten leiden. Heb, net als Fred Rutten nu, altijd mijn eigen
koers gevaren. En, ik zou haast zeggen: ondanks de aanwezigheid van Kraay,
haalde ik de doelstelling: Europees voetbal. Maar toen na dat seizoen PAOK
Saloniki aanklopte, ben ik daar, mede door de slechte verhouding met Kraay,
toch maar op ingegaan. Een dergelijke stap zou ik Fred Rutten niet adviseren.
Maar als er iemand is die geen advies nodig heeft, dan is het Fred wel. Daar ben
ik inmiddels wel achter.
121