42
K.P. Heer
van Werstal
De in het oude, toen bij globetrotters wereldberoemde en door hen druk bezochte Katendrecht opgegroeide kastelein Frans Slijkhuis (onder meer ex-Booy Clean)
had op zondag 23 november dank zij een door de gemeente
verstrekte evenementenvergunning voor zijn café Pride & Joy
(ex-Schipperscafé Vlag & Wimpel) op de hoek van de naar een
met scheepvaart begeesterde koningszoon (ex-Oranje,†) genoemde Prins Hendrikkade en de naar Nederlands beroemdste zeevaarder (†) vernaamde De Ruyterstraat op het Noordereiland een
blokhut-achtige witte tent neergezet, omdat hij veel klandizie van
belangstellenden verwachtte voor het heffen van het middengedeelte van het rijksmonument De Hef, onderdeel van de in 1878
opgeleverde spoorbrug over de Koningshaven die het Noordereiland scheidde van het eiland Feijenoord, waar Lodewijk Pincoffs
(ex-Rotterdamsche/Afrikaansche Handetsvereeniging, †) grote
havenontwikkelingen ontplooide. Lodewijk was van vol-Joodse
afkomst, uit een geslacht dat zijn wortels in Oost-Europa had, maar
daarvandaan was gevlucht toen de Jodenvervolgingen heviger
werden, want de vernietiging van het Joodse ras is bepaald geen
uitvinding van de Nazi-criminelen. Zij kwamen via het Poolse maar
toen onder Pruisisch beheer staande stadje Pinczon. Hij was het
negende en laatste kind uit het huwelijk van Abraham Levy
Pincoffs (†) en Roosje Polak (†) en werd geboren in Rotterdam in
1827. Hij werd door zijn betoegde vader naar goede scholen
gestuurd, in Nederland en in Duitsland, om later koopman in
manufacturen te worden. Hij ging echter kleurstoffen importeren,
onder meer uit Afrika, vandaar de Afrikaansche Handelsvereeniging.
Lodewijk werd een geslaagd zakenman, die in de snel groeiende
Maasstad bij de Gegoede Burgerij in aanzien stond. Daarom kreeg
hij veel geld los voor zijn ontwikkeling van nieuwe havenbekkens op
Zuid. De in 1878 opgeleverde spoorbrug over de Maas en de
Koningshaven was nodig voor het snel tot groei komende spoorwegnetwerk in Nederland en België. Die brug zou hem een jaar
later ten dienste komen toen hij met zijn gezin naar Antwerpen en
vandaar naar Liverpool vluchtte, waar hij op de boot naar Amerika
stapte; onbereikbaar en onvatbaar voor zijn schuldeisers in
Rotterdam maar ook en vooral in Duitsland, doordat hij samen met
zijn zwager Henry Kerdijk (†) zijn hand had overspeeld. Rotterdam
werd wakker geschud uit een fantastische droom. Hij liet de stad
achter met talrijke nieuwe transportactiviteiten, nieuwe havens,
havens in aanleg en een deficit van vele miljoenen toen hoog
genoteerde guldens, die ook de ondergang van veel bedrijven ten
gevolge had. Niet bekend is of hij met zijn gezin in de kapiteinskamer mocht reizen. Precies honderd jaar later werd in het Scheepvaartkwartier de fraai gevormde Captain's Cabin geopend waarin
de even fraai gevormde mede-eigenaresse Christine Hommel
ervoor zorg draagt dat de meevarenden niet zeeziek worden. Zij
heeft de juiste recepten om de dokter buiten de deur te houden.
Lodewijk had de in het midden van de negentiende eeuw versufte
havenstad met talrijke gedurfde initiatieven in de vaart der
volkeren omhoog gestuwd. Jaren lang heeft de “zaak Pincoffs” de
gemoederen, de autoriteiten en de rechtbanken bezig gehouden,
want zelden in de vaderlandse geschiedenis is een man zo hoog
gestegen en zo diep gevallen. Hij was echter wel de eerste man die
in Nederland een zakelijk netwerk spande, doordat hij in de jaren
vijftig van de negentiende eeuw als zakenman, politicus en
particulier betrokken was bij bijna alle nieuwe activiteiten en
ondernemingen in Rotterdam, zoals de stichting van de eerste
hogere burgerschool en de eerste ambachtsschool, de
ontwikkeling van de Rotterdamsche Bank, de oprichting van
de Nederlandsch-Amerikaanse Stoomvaart Maatschappij
(HAL) en de opslag van petroleum op Feijenoord. Het
was dan ook niet uitzonderlijk dat de stationschef
van station Rotterdam-Beurs in mei 1879 de trein
HET STANDBEELD VAN LODEWIJK PINCOFFS, GRONDLEGGER
VAN DE ROTTERDAMSE HAVENONTWIKKELING