Clubbladen s.v.Urk (2010-01) | Page 33

Een greep uit het verleden Als ventje van vijftien debuteert hij al in Urk 1. Wakker weet het nog. ‘Ik brak mijn neus in mijn eerste oefenwedstrijd, thuis tegen de polderselectie.‘ Niks langzaam wennen als invaller. Wakker wordt snel motor van het elftal, links vanaf het middenveld. Het talent blijft niet onopgemerkt. Sparta belt. En al denkt ma Wakker nog dat het om de fietsenfabriek gaat, het gaat om betaald voetbal. Maar Klaas zegt nee. Zoals hij uit geloofsovertuiging altijd zal blijven doen. Hij maakt drie kampioenschappen mee. Maar makkelijk gaat het allemaal niet. Zijn vijftien jaar hadden er maar zo vijf kunnen worden. Een ander had al tig keer bedankt. Na zware operaties, plastic kruisbanden en ander blessureleed. Maar Klaas stopt niet. Dat kan hij niet, voetbal is hem te lief. Dus sleept hij zichzelf soms letterlijk voort, om nog maar een meesterlijke pass te kunnen geven. Peigert hij zich helemaal af bij de fysiotherapeut om nog maar dat briljante doelpunt te kunnen maken. Nu gaat het niet meer. Wakker is op. ‘Ik heb enorm afgezien dit seizoen. Soms had ik wel drie kwartier nodig voor ik weer een sprintje kon trekken. Of een duel aan kon gaan. Dan ben je zo uitgeblust. Heb je zo‘n leeg gevoel.‘ Wakker zou Wakker niet zijn als hij het seizoen niet af zou maken. Hij gaat door tot de slotwedstrijd tegen DOS Kampen. Hij begint in de basis. ‘Dat had van mij niet gehoeven.‘ Hij scoort niet, maar wint wel met Urk. ‘Een ideale afscheidswedstrijd bestaat niet.‘ In de 63e minuut komt de verlossing. Het bordje met nummer 14 gaat de lucht in. Het publiek op de tribune gaat spontaan in de benen. Een staande ovatie voor het boegbeeld van Urk. De spelers rennen naar hem toe. ‘Ik wilde het liefst wegvliegen, maar William Visser pakte me bij mijn broek en zei: ‘‘Ik trek je broek naar beneden als je SVU Clubblad februari ’10 niet blijft staan.‘‘ Dan blijf je wel staan.‘ Dus gaat Wakker op de schouders. Voor de allerlaatste keer. Met veel applaus en een diepe buiging voor het boegbeeld van Urk. Zelf blijft hij het liefst op de achtergrond. Klaas Wakker blijft bescheiden. Dat hij meer dan aardig kan voetballen, zul je nooit uit zijn mond horen. Daarom mogen anderen wat vertellen. Over Klaas Wakker, het gezicht van voetballend Urk. Henk Nieuwenhuis, trainer van SV Urk: ‘Klaas is een unieke persoonlijkheid. Hij is het boegbeeld van de club. Eentje die over een jaar of vijf of tien ook nog niet vergeten is. En dat terwijl Klaas daar eigenlijk helemaal niet naar op zoek is. Klaas is heel bescheiden. Ik heb de fitte Klaas Wakker nooit getraind. Maar zelfs met een niet fitte Klaas is nog genieten. Het is onvoorstelbaar knap wat hij soms laat zien. Het is heel jammer, dat je op die leeftijd al afscheid moet nemen.‘ Kees Wakker, broer en ploeggenoot: ‘Klaas is een groot voorbeeld voor mij. Altijd al geweest. Als je broer met vijftien jaar in het eerste debuteert, dan wil je dat zelf natuurlijk ook. Maar dat was voor mij niet weggelegd. Ik was achttien. Wij waren vroeger altijd aan het voetballen. Daar is de Schelpenhoek ook een beetje bekend door geworden. Wij speelden altijd samen met Pieter Ras en de gebroeders Kramer. We voetbalden tot het donker werd. Waar Klaas beter in is? Gewoon zijn voetbalkwaliteiten, alles. In de eerste klasse was hij al de motor van het elftal. Natuurlijk vind ik het jammer dat hij stopt. Zelf ga ik nog een jaar door en het liefst speel je toch met je broer. Maar dat wordt geen treuren in de kleedkamer straks hoor. Daar zijn we te 33