BNL3-2020 | Page 45

Foto | Gerard van Hal , Marijana Pajovic REGIOKATERN ZUID | Oktober 2020 | BNL | 29
Een sterke regio Voor de Regio Zuid betekende dit onder andere dat verschillende afdelingen in Zuid-Nederland samengesmeed zijn . Dat ging niet vanzelf . “ Ik heb in de tijd veel rondgereisd om het belang van de nieuwe structuur aan de leden uit te leggen . We moesten afdelingen niet alleen organisatorisch samenvoegen maar ook de mindset van leden veranderen . Meer zichtbaarheid bij de leden vraagt betrokkenheid en het vertrouwen om kennis en ervaringen te delen . Als ik nu bijvoorbeeld zie hoe leden tijdens drukbezochte bouwcafés met elkaar ideeën uitwisselen en discussiëren , denk ik dat dat goed gelukt is . Zuid is een sterke regio . Zowel de verbinding in de regio als de relatie met het hoofdkantoor in Zoetermeer is versterkt .”
Leden goed informeren De regio en met name alle activiteiten en initiatieven zijn veel zichtbaarder voor de leden . Naast de inhoud heeft betere communicatie hier flink aan bijgedragen . “ De lobby voor een tijdelijke btw-verlaging tijdens de financiële crisis en de focus op de voortgang van bouwprojecten tijdens corona is succesvol . Ook op provinciaal en gemeentelijk niveau hebben we een stem over grote onderwerpen zoals PFAS , corona of stikstof . Maar dat moeten leden dan wel weten . Dat communiceren we nu beter . Bijvoorbeeld met factsheets waarin we actuele onderwerpen , zoals de btw-verlaging of verduurzaming in een half A4-tje onder de aandacht brengen . Zo weten leden precies wat we doen , zowel op de grote thema ’ s als lokaal .”
Samenwerking versterken Duidelijk communiceren ziet Martijn van Sabben als een sterk punt van zijn voorganger . “ Hans is een gedreven bestuurder die zaken duidelijk benoemt en zo ook patronen kan doorbreken . Zijn slagvaardigheid en focus op bottom-up werken sluiten goed aan bij mijn eigen visie .” Hij was ook voorstander van het samenvoegen van de verschillende afdelingen tot de huidige Regio Zuid . “ Dat maakt de lijnen korter en zorgt dat we een groter verschil kunnen maken voor onze leden . De landelijke aanpak met vijf regio ’ s is daarvoor een goede aanvliegroute . Het is nu de uitdaging om de samenwerking in Brabant , Limburg en Zeeland verder te versterken .”
Het wiel niet opnieuw uitvinden Van Sabben vindt het belangrijk dat leden in de regio voelen wat het betekent om samen te werken . “ Wat in Limburg werkt , werkt vaak ook goed in Brabant of Zeeland . Voordeel is ook dat niemand het wiel dan opnieuw hoeft uit te vinden . Met de grote opgaven die we als maatschappij en sector hebben , mogen we geen tijd verliezen .” Krachten bundelen met alle betrokkenen is dan onmisbaar . Dat geldt voor gemeenten en provincies , maar bijvoorbeeld ook voor woningcorporaties . “ We hebben een gezamenlijk belang . Bouwers zijn meestal praktisch ingesteld , maar we moeten niet vergeten te overleggen . Als branchevereniging kunnen en moeten we daar een actieve rol in spelen . Ik wil daarin op alle niveaus een verbindende rol spelen .”
Samen investeren In Regio Zuid ziet van Sabben goede voorbeelden . “ In Zeeland pakken we de krapte op de arbeidsmarkt voor de bouw- en infrasector samen aan met de gemeente en provincie . Zij willen hun kaartenbakken legen en wij hebben mensen nodig . Dus investeren we samen in screening , opleiding en stage . En als dit in Zeeland lukt , kan dit ook elders in Zuid-Nederland .” Het doel is steeds zoeken naar wat werkt en die ervaringen delen . In Brabant wordt op het vlak van verduurzaming al goed samengewerkt tussen de sector en corporaties . “ Ook daarvan kunnen we leren : de koppen bij elkaar steken en voldoende volume creëren om échte stappen te zetten . Ik ben ervan overtuigd dat die aanpak de manier is om de meerwaarde van ons lidmaatschap zo tastbaar mogelijk te maken .”
“ Bouwers zijn meestal praktisch ingesteld , maar we moeten niet vergeten te overleggen .”
Martijn van Sabben
“ Het is nu de uitdaging om de samenwerking in Brabant , Limburg en Zeeland verder te versterken .”