BNL1-2022 | Page 56

TEKST | ROBIN VAN ESSEL REGIOKATERN NOORD | MAART 2022 | BNL | 29

ENERGIETRANSITIE OP STOOM IN GRONINGEN

De energietransitie komt op stoom . Door het toenemende aanbod van duurzame energie zien netbeheerders de druk op het energienet toenemen . In de noordelijke provincies trekt Enexis Netbeheer aan de bel : door het tekort aan personeel , de verduurzaming en het aardbevingsdossier is de transitie een uitdaging , waarbij meer samenwerking noodzakelijk is . “ We hebben elkaar echt nodig om efficiënte stappen te zetten .”
Het is druk in Groningen , wil Greetje Bronsema maar zeggen . Als strategisch adviseur bij netbeheerder Enexis houdt zij zich bezig met ‘ de hooflijnen van alle energiethema ’ s richting 2030 ’ die spelen in de regio . Deels zijn die uitdagingen niet anders dan in de rest van het land . Steeds meer energievraag ( voor elektrische auto ’ s en warmtepompen bijvoorbeeld ) aan de ene kant , zonnepanelen die terug leveren aan de andere kant , met toenemende druk op het elektriciteitsnet als gevolg . “ De energiebehoefte van de gemiddelde woning is verdriedubbeld . Bij één woning gaat dat nog wel , maar een nieuwe nul-op-de-meter woonwijk is een ander verhaal . Dan moeten we echt trafo ’ s gaan verzwaren en in sommige gevallen ook de kabels .”
Groningse situatie Dat de situatie in de noordelijke provincies voor nog extra uitdagingen zorgt , heeft meerdere oorzaken , zegt Bronsema . “ In Groningen is het energienet niet altijd geschikt voor die toenemende behoefte . Vanwege de landelijke omgeving zijn hier in korte tijd veel zonneparken aangelegd , die ook ontsloten moeten worden . Tegelijk worden in Groningen op sommige plekken hele woonwijken aardbevingsbestendig gemaakt . Daarbij wordt vaak direct verduurzaamd . Particulieren kunnen de Subsidie Waardevermeerdering aanvragen . Doordat steeds meer woningen een warmtepomp of zonnepanelen krijgen , is er ook steeds meer netcapaciteit nodig .”
Niet optimaal De druk op Enexis om de capaciteit van het net te verhogen en nieuwe infrastructuur aan te leggen , is dus groot . Bronsema ziet dat door die werk- en tijdsdruk de uitbreiding niet altijd even efficiënt verloopt . “ De ontwikkelingen gaan ongekend snel , we lopen soms achter de feiten aan . We zien dat vraag en aanbod van energie niet goed op elkaar zijn afgestemd of dat wij in een te laat stadium betrokken worden . Wij hebben dan gewoon te volgen . Gevolg hiervan is dat er soms extra leidingen gelegd worden , die niet optimaal benut worden . Daar valt winst te behalen .”
Vroeg stadium Het einde van de energietransitie is nog lang niet in zicht : de verwachting nu is dat een op de drie straten open moet in het kader van de netversterkingen , zegt Bronsema . Samenwerking is daarom cruciaal : tussen de gemeentes , provincie en de netbeheerder , maar ook samenwerking met woningcorporaties , particuliere verduurzamingsinitiatieven én de bouw en infra . “ De oproep is : vertel ons in een vroeg stadium wat je nodig hebt . Laten we meer met elkaar vooruitkijken . Zodat we beter kunnen anticiperen op het verhogen van de netcapaciteit en samen ervoor zorgen dat vraag en aanbod op elkaar zijn afgestemd . We hebben elkaar echt nodig , als we de doelen voor de energietransitie willen realiseren en deze betaalbaar willen houden .”

“ WE HEBBEN ELKAAR HIER ECHT NODIG ”