10 voor de overheid 1 | Page 70

Goed eten en goede gesprekken De middag is zo ingericht dat de jongeren ongedwongen het gesprek met elkaar en met de aanwezige politici aan kunnen gaan. Leidraad vormen vier gerechten die alle te maken hebben met Oekraïne en/of het referendum. De gangen zijn achtereenvolgens borsjtsj (rode bietensoep die veel in Oost-Europa gegeten wordt), een maïsbroodje (Oekraïne is de grootste Europese producent van mais), kip (er gaat een discussie over de import van kippenvlees uit Oekraïne) en een chocolademousse bestaande uit zeventig procent cacao (de opkomstdrempel van het referendum is dertig procent). De bijeenkomst begint met een verkenning: wat weten zij over politiek, democratie en het aanstaande referendum? Dit is echter veel informatie en soms best lastig voor de leerlingen. In de woorden van één van de aanwezige docenten: “laat het begrijpelijk zijn, Jip-en-Janneke-taal, want politiek is vaak abracadabra”. Deze oproep is gericht aan de politici die langzamerhand binnendruppelen en aanhaken. Vervolgens worden de stellingen geïntroduceerd en wordt begonnen met het debat. Stelling 1: het verdrag met Oekraïne is goed voor Nederland Onder het genot van het eerste gerecht worden aan tafel de voor- en nadelen besproken. In één van de groepjes komt duidelijk naar voren dat het een lastig onderwerp blijft. Voor de kinderen, maar ook hun ouders en omgeving, is er nog steeds veel onduidelijk. Wat betekent het verdrag nu
 precies? In de andere groep wordt besproken wat de gevolgen voor Nederland kunnen zijn. Meer handel, maar welke handel dan? Met zoveel onduidelijkheid is het lastig goed je mening te
 vormen. In één groep wordt echter wel een duidelijke conclusie getrokken: “er zijn in Europa al zoveel problemen met vluchtelingen en al die andere dingen. Dit kunnen we er niet ook nog bij hebben”. Ondanks een vurig slotpleidooi van één van de politici voor het verdrag – het verdrag is
 positief voor de mensen in Oekraïne – blijkt bij de stemming aan het eind het merendeel tegen te zijn. Slechts twee scholieren zouden voor stemmen en twee zouden ervoor kiezen thuis te blijven. 67